Kindergeneeskunde uitgebreid: NIET gebruikt 2021-2022



3.2.4 Kindergeneeskunde
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
Anatomie Fysiologie PathologieMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon



3.2.4 Kindergeneeskunde

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les
Aangeboren afwijkingen
Kindergeneeskunde:
-Kinderziekten
-Vaccinaties
-Aangeboren aandoeningen

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen
Aan het einde van deze les:
- kan je verschillende soorten aangeboren afwijkingen benoemen
- ken je veel voorkomende kinderziekten
- weet je wat de hielprik is
- ken je het rijksvaccinatieprogramma en weet je waar je hier info over kunt vinden

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aangeboren afwijkingen

- genetische ziekten: ziekte die wordt veroorzaakt door een afwijkend gen. Er is een mutatie in het gen (spontane verandering) schadelijke invloeden uit de omgeving kunnen een rol spelen. Of mutatie wordt geërfd van één of beide ouders.
- chromosomale afwijkingen: In de samensmelting van de chromosomen van de zaad- en eicel gaat iets mis.
- multifactoriële afwijkingen: Veel factoren spelen mee bij de aangeboren aandoening.
- aandoeningen door omgevingsfactoren: schadelijke invloeden van buitenaf.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

23 paar chromosomen
(hierop zitten de genen)

22 paar autosomen (gewoon)
1 paar geslachtschromosomen

XX of XY

Slide 5 - Diapositive

XX = vrouw
XY = man
Genetische ziekten
als je het afwijkende gen van
je vader of moeder hebt dan
heb je de ziekte.

herhalingsrisico 50%

Slide 6 - Diapositive

kans van 1 op 2 dat je het aangedane gen erft.
het 'gezonde' gen van je andere ouder compenseert dit niet.

bijv. ziekte van Huntington
Genetische ziekten
Je moet zowel van je vader als
moeder het afwijkende gen
hebben geërfd anders ben je 
'drager' 
Als beide ouder drager zijn heeft
kind 25% kans op ziekte

Slide 7 - Diapositive

Autosomaal recessieve aandoeningen zijn bijvoorbeeld taaislijmziekte (cystic fibrosis), sikkelcelziekte en de meeste stofwisselingsziektes.

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Genetische ziekten: geslachtsgebonden overerving

De fout zit op een X-chromosoom

vrouw XX dus bijna nooit ziek (wel draagster)
man XY  geen gezond gen om te compenseren

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Chromosomale aandoeningen
In de samensmelting van de chromosomen van de zaad- en eicel gaat iets mis. Meestal zo ernstig dat het kind niet levensvatbaar is en een abortus (miskraam) volgt.
Het gaat zelden om iets erfelijks. Het herhalingsrisico is daardoor bijna altijd klein.


Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Multifactoriële aandoeningen
Veel factoren spelen mee bij de aangeboren aandoening.
Meestal niet bekend welke factoren in de omgeving bij het ontstaan een rol hebben gespeeld. Herhalingskans hangt hier van af.
Erfelijkheid speelt vaak een rol (komt vaak meer voor in bepaalde familie), maar je noemt deze ziekten niet erfelijk.




Slide 13 - Diapositive

Bijv. hartafwijkingen, schisis, aangeboren hartafwijkingen
... door omgevingsfactoren
Kans op herhaling hangt af van de vraag of de schadelijk invloed er volgende keer weer is.
Bijvoorbeeld:
- gevaarlijke infectie tijdens zwangerschap
- medicijngebruik tijdens zwangerschap
- roken tijdens zwangerschap
- alcohol
 - zuurstoftekort tijdens bevalling

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mogelijke onderzoeken
Familie onderzoek
Onderzoek van cellen
Triple test, vlokkentest, vruchtwaterpunctie of echoscopie tijdens de zwangerschap
(H 4.6.1  inleiding medische kennis)

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hielprik screening
Met het hielprikonderzoek kunnen ernstige ziekten worden ontdekt. Deze zijn meestal niet te genezen, maar wel te behandelen. Bijvoorbeeld met medicijnen of een dieet. Als een ziekte snel na de geboorte wordt ontdekt, kan de behandeling ook snel beginnen. 

De hielprik vindt plaats in de eerste week na de geboorte. Een medewerker van de jeugdgezondheidszorg neemt dit meestal af. 

Slide 16 - Diapositive

Het aantal ziektes waarop wordt gescreend wordt de komende jaren uitgebreid:
https://www.pns.nl/hielprik/professionals/uitbreiding 
Rijksvaccinatie programma
https://rijksvaccinatieprogramma.nl/vaccinaties/vaccinatieschema 

Vrijwillige deelname, ouders beslissen


Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Vidéo

Hele fimpje: evt kijken
Opdracht kinderziekten
In groepjes:
Maak een overzicht van de kinderziekten uit het boek.
Mindmap/Powerpoint/Prezi etc. 

Gebruik jullie overzicht bij het leren!


Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Excessief huilende baby
2. vlekjes bij kinderen (wat weet je nog niet vanuit triage/Expert college?)
3. Recidiverende buikpijn
4. Groeipijn
                   Wat is het?
                  Wat zijn de klachten/verschijnselen?
                  Hoe kan de diagnose gesteld worden?
                 Wat is het advies en /of de behandeling?

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions