M&M Hoofdstuk 3

M&M
Hoofdstuk 3
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

M&M
Hoofdstuk 3

Slide 1 - Diapositive

Doel vandaag
- Vragen over de vorige les? 
> Hoe kan je omgaan met verschillen tussen mensen?
- Helden en symbolen
- Normen, waarden en respect
- Vandaag gaan we les 3.1 en 3.2 herhalen. 

Slide 2 - Diapositive

Multiculturele samenleving
Wat je eet, welke kleren je draagt, welk geloof je aanhangt en wat je normaal vindt, krijg je mee van je familie. Het zegt iets over je cultuur. In Nederland wonen mensen uit meerdere landen met een eigen cultuur. Daarom wordt ons land wel een multiculturele samenleving genoemd.

Slide 3 - Diapositive

Wat is een multiculturele samenleving?
A
Een land waarin alle culturen even belangrijk zijn.
B
Een land waarin men tot één cultuur moet gaan horen.
C
Een land waar mensen van verschillende culturen samenleven.
D
Een land waar veel mensen naar toe vluchten.

Slide 4 - Quiz

Nederlander en afkomst
Heb je een Nederlands paspoort of een Nederlands identiteitskaart? Dan ben je een Nederlander.
Allochtone Nederlanders zijn van buitenlandse afkomst, omdat hun voorouders uit een ander land kwamen. 
Heb je geen Nederlands paspoort, maar woon je wel in Nederland? Dan ben je een niet-Nederlander.

Slide 5 - Diapositive

Wanneer ben je een Nederlander?
A
 als je de Nederlandse taal verstaat en spreekt.
B
als je een Nederlands paspoort of identiteitsbewijs hebt.
C
als je in Nederland bent geboren en getogen.
D
als jij en je ouders altijd in Nederland hebben gewoond.

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Vidéo

Wat is een immigrant?
iemand die naar het buitenland verhuist
vanuit het buitenland in een land komen wonen

Slide 8 - Sondage

De Romeinse samenleving.
Ooit was Rome niet meer dan een klein dorp in Italië.
Het dorp groeide uit tot een stad en de Romeinen werden steeds machtiger. Ze veroverden veel gebieden waar ze de baas over waren. Het dorp werd een groot rijk. De baas van het rijk was de keizer.

Slide 9 - Diapositive

Het Romeinse rijk moest beschermd worden tegen volkeren van buiten het rijk. Ook bij de grens waren soldaten. Hoe noem je deze grens?

Slide 10 - Question ouverte

De Rijn
De bewoners ten noorden van de Rijn noemden de Romeinen Germanen.
Hoe werd het volk genoemd ten zuiden van de Rijn?
Zij werden wel overwonnen door de Romeinen en werden onderdanen van de keizer.

Slide 11 - Diapositive

Noem 3 dingen die overwonnen volkeren overnamen van de Romeinen (romanisering).

Slide 12 - Question ouverte

Wat betekent tolerant?
A
zeggen dat het niet mag
B
je moet tol betalen
C
goden vereren
D
zeggen dat het mag

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Vidéo

In een tempel vereerden de mensen hun goden. Ze offerden bij het altaar. Waarom offerden mensen aan de goden?

Slide 15 - Question ouverte

Nabespreken
- Wat hebben we deze les gedaan? 
- Wat was het lesdoel?
-  Hebben we dat doel bereikt?
- Heb je nog vragen?
- Wat denk je dat we de volgende les gaan doen?

Slide 16 - Diapositive