DTNED4 les 5

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsHBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Tip: bedenk voor jezelf een concreet  voorbeeld bij spellingbewustzijn en spellinggeweten. 
Bv. de leerkracht besteedt aandacht aan de regel van gelijkvormigheid, als hij een onderzoeksvraag van de kinderen op het themabord schrijft. Dit doet hij dan hardop denkend voor. 

Slide 3 - Diapositive

Is het vakdidactisch model duidelijk? Denk eens na over de vraag welke pijler wordt ingezet, als een leerkracht jeugdliteratuur (het boek wat net wordt voorgelezen) inzet bij de spellingles. 

Slide 4 - Diapositive

En als je weet welke ito-pijler naar voren komt, kun je dan aangeven of dit een deductief of inductief voorbeeld van een les is? 

Slide 5 - Diapositive

strategisch
sociaal
reflectief
integratief
betekenisvol
deductief
kan beiden, kans voor inductief
deductief (als woorden al zijn geselecteerd)
en deductief, want hij laat de kinderen dit niet zelf ontdekken
inductief

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Voorbeelden

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Vakterm die pas bij beginnende geletterdheid en de lkt aan bod komt.
=

Slide 10 - Diapositive

extra info

Slide 11 - Diapositive

Extra info

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Welke regels past een kind toe als hij schrijft 'hij meldt'?

Slide 17 - Question ouverte

Wat is de 'stam' van een werkwoord?

Slide 18 - Question ouverte

Wat moet een kind weten van grammatica om werkwoorden goed te spellen?

Slide 19 - Question ouverte

Welke werkwoorden zijn sterk?
Welke werkwoorden zijn zwak?
(ter info, geen toetsdoel)

Slide 20 - Question ouverte

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

  • In eerste instantie wordt de regel aangeboden en geoefend.
  • Veel methodes, zoals Staal, werken naar analogie van een voorbeeldwerkwoord.
  • Het werken naar analogie gebeurt steeds makkelijker naarmate de regel bekend is en wordt begrepen.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Heb je nog een dringende vraag?

Slide 30 - Question ouverte

Feedback op DTNED4?

Slide 31 - Carte mentale

Kom je donderdag 27 juni naar de fysieke les?
ja
nee

Slide 32 - Sondage

Slide 33 - Diapositive