1) Telefoon in de zak naast de deur 2) Laptop dicht op tafel
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Check
1) Telefoon in de zak naast de deur 2) Laptop dicht op tafel
Slide 1 - Diapositive
Script Schrijven
Slide 2 - Diapositive
- In groepen: mindmap maken & script schrijven.
- In groepen: uitleg & tips.
Programma
Lesdoelen
- Een script leren schrijven.
- Hoofd- en bijzaken onderscheiden.
Slide 3 - Diapositive
Mindmap
Slide 4 - Diapositive
Uitleg
Slide 5 - Diapositive
Handige tips
Voor het schrijven van een script.
Slide 6 - Diapositive
Een script is ...
Een checklist of geheugensteun(tje).
Slide 7 - Diapositive
Werkwijze
1. Maak een mindmap. 2. Schrijf een verhaal. 3. Het verhaal heb je, schrijf nu het volgende erbij: - Acties: deel het verhaal op in korte stukken . - Wat wordt de omgeving? - Welke personen zijn er in de scene te zien? - Wie spreekt er en wat zegt degene? - Je schrijft de tekst erbij.
Slide 8 - Diapositive
Wat staat er in een script?
acties
dialogen
omgeving
personages
Slide 9 - Diapositive
Scenes
Omschrijf de verschillende scenes. Scene 1, scene 2 = evenement, scene 3, afsluiting op...
Bijvoorbeeld: - Introductie van het evenement voor het spoor want je evenement gaat als een trein of... afsluiting in het winkelcentrum, op een schoolplein of in een voetbalkantine.
Slide 10 - Diapositive
Dialogen
Met de dialogen bedoelen we alle tekst die in de film gesproken wordt. Je gebruikt hiervoor spreektaal. Als je dit opschrijft, moet je in gedachte de scène voor je zien en opschrijven wat de spreker zegt.
Slide 11 - Diapositive
Omgeving
1. Waar speelt de scene zich af. Dit moet je heel specifiek doen, bijvoorbeeld: op school, voor het sportveld. 2. Je geeft de sfeer van de locatie aan: er zijn veel jongeren aan het sporten.
3. Je moet ook beschrijven op welk moment van de dag de scène zich afspeelt, bijvoorbeeld overdag of ’s avonds.
Slide 12 - Diapositive
Personages
1. Alle personen en filmmomenten moet je beschrijven.
bijvoorbeeld: scene 1, introductie opdracht. Uitgevoerd door Marieke, nette kleding (geen sportkleding). Vrolijk, zij heeft zin in het evenement.
Slide 13 - Diapositive
Gevoel en Gedachtes staan NIET in een script.
Schrijf de lichaamstaal die bij het gevoel hoort uit. Zo is het duidelijk voor de kijker wat er aan de hand is.
Slide 14 - Diapositive
Farouk heeft een bange gelaatsuitdrukking. Zijn ogen zijn groot en zijn mond staat open.
A
Dit staat WEL in een script
B
Dit staat NIET in een script
Slide 15 - Quiz
Succes!
Slide 16 - Diapositive
Pauze
timer
5:00
Slide 17 - Diapositive
Wat hebben we besproken?
Volgende week het script afmaken & feedback geven.