Hoofdstuk 6 week 5

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

DOCENT

Joaquim,Sem                                                 Sanne,Elena                                            Sebas, Bence

Seher,Romy                                                           Bo,Romée                                             Zoe,Joany

Sam,Aviva                                                                  Jelte,Marijn                                        Gervin,Matthijs           

Gert,Dylan                                                                      Kjeld                                                Daan,Isa                 

Mara, Emilie                                                                                                                                    Swen, Noortje

                                                                                                                                                                Micky, Merel      

6A Lijnen

6B Hoeken

- Een rechte hoek is altijd 90 graden.

- Een scherpe hoek is tussen de 0 en de 90 graden.

- Een stompe hoek is groter dan 90 graden.

- Een gestrekte hoek is 180 graden.

- Een volle hoek is 360 graden.

- De 3 hoeken van een driehoek zijn samen altijd 180 graden.

- De 4 hoeken van een vierhoek zijn altijd 360 graden.

Bereken de hoek met het
vraagteken hiernaast

1. 360 - 100 -20 = 240 graden
2. 180 - 100 - 20 = 60 graden
3. 100 + 20 = 120 graden
4. 180 - 20 - 100 = 50 graden

De vierhoek hiernaast heeft 3 hoeken
van 65 graden.
Hoe groot is de vierde hoek?

1. 180 - 3 x 65 = 115 graden
2. 360 - 65 - 65 = 230 graden
3. 360 - 3 x 65 = 165 graden
4. 360 - 65 -65 -65 = 100 graden

6G Koers

Op de volgende twee pagina's zie je in een filmpje uitgelegd hoe je met je koershoekmeter:

- een koers kunt meten.

- een koers kunt tekenen.

0

0

Drieletternotatie

Je kunt één hoek ook met 3 letters aangeven:

Hoek CAD = Hoek A1

Hoek DAE = Hoek A2

Met welke 3 letters kun je

hoek A3 weergeven? 

6CD Hoeken meten en tekenen

Op de volgende twee pagina's zie je in een filmpje uitgelegd hoe je met je geo-driehoek:

- een hoek moet meten.

- een hoek kunt tekenen.

0

0

6E Kijkhoek

6F Plattegrond

De schaal van de kaart hiernaast is

1 : 10 000.

Dat betekent dat 1 cm op de kaart

in werkelijkheid 10 000 cm is.

Dus 1 cm op de kaart is in werkelijkheid 100 m.

Van het Corlaer College naar de spoorlijn is ongeveer 3,2 cm,

dus dat is in werkelijkheid ongeveer 3,2 x 100 = 320 meter.

Kaart en schaal

De schaal van de kaart hiernaast is 1:500 000.

Dat betekent dat 1 cm op de kaart in
werkelijkheid 500 000 cm is.

Dus 1 cm op de kaart is in werkelijkheid 5000 m. of 5 km.

Van Nijkerk naar Baarn is op de kaart ongeveer

2,5 cm, dus dat is in werkelijkheid ongeveer 2,5 x 5 = 12,5 km.

Vuistregel: de afstand over de weg is 1,2 x de afstand hemelsbreed.

Dus over de weg van Nijkerk naar Baarn is ongeveer 1,2 x 12,5 = 15 km

6i Soorten Vlakke figuren (1)

Let op de

tekentjes

en symbooltjes.

Weet je wat ze

betekenen?

6i Soorten Vlakke figuren (2)

Let op de

tekentjes

en symbooltjes.

Weet je wat ze

betekenen?

6J Lijn Symmetrie

In het rood zie je de

symmetrieassen getekend.

Een symmetrieas laat zien dat

twee helften van een figuur op

elkaar passen als je een figuur 

dubbelvouwt over de rode lijn.

6J Draai Symmetrie

Hoek 1 hiernaast is 50 graden. Hoe groot zijn de hoeken 2, 3 en 4?

6J Schuifsymmetrie

Hoek B4 is dus ook 98 graden (tegenoverliggende hoeken)

Hoek B3 = 180 - 98 = 82 graden

Hoek B1 = ???

6K Symmetrie bij lijnen en hoeken

Huiswerkopgaven Hoofdstuk 6 (week 5)

6,5 of lager?

Maken opgave 1 t/m 31

6,5 of hoger?

- Dan mag je 10 opgaven overslaan van 1 t/m 31.

- Kies zelf welke je het beste kunt overslaan.