6.2 Voedsel voor veel mensen

6.2 Voedsel voor veel mensen
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

6.2 Voedsel voor veel mensen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen van deze les
Je leert:
hoe boeren veel voedsel produceren
waarom er zoveel regels zijn voor boeren

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

- monocultuur
- mineralen/mest toevoegen
- Plaag -> gewasbescherming
- intensieve veehouderij/bioindustrie 
- krachtvoer
- veredeling
Goedkope voedselproductie

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedsel produceren
Monocultuur / intensieve veehouderij of bio-industrie
Dierlijk mest/kunstmest
Krachtvoer

Plaag door monocultuur -> gewasbeschermingsmiddelen
Ziekte bij dieren -> antibiotica

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedsel produceren
(door)fokken van dieren -> optimaal dier krijgen
Plantveredeling -> zo 'goed' mogelijke plant krijgen

Eigenschappen verwijderen/toevoegen -> genetische modificatie

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gemengd bedrijf
Vroeger zag je veel meer gemengde bedrijven: akkerbouw en veeteelt samen in één bedrijf.

Waarom is dat duurzamer?

Slide 6 - Diapositive

een gemengd bedrijf heeft vaak een gesloten kringloop. Hierdoor gaan er geen stoffen verloren. 
Regels voor boeren
Mestproductie en bemesting
Gewasbescherming
Welzijn van dieren

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mestproductie en bemesting
Te veel mest -> overschot mineralen komt in grondwater (vermesting)
Kwetsbare natuurgebieden -> sommige planten groeien snel en verdringen de andere planten
Oppervlaktewater -> waterbloei (volgende slide)

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. toename algen en kroos
2. water troebel.  Licht wordt tegengehouden. Bodemplanten sterven 
3. roofvissen kunnen prooi niet meer zien en sterven
4.  afname watervlo, toename algen
 5. algen leven kort en sterven.  Veel reducenten. Weinig zuurstof, veel CO2. Geen leven mogelijk
waterbloei

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzuring
Ammoniak uit mest in de lucht en bodem
Mengt met zuurstof/water -> salpeterzuur
Salpeterzuur in bodem -> losse mineralen lossen op en spoelen weg

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

verzuring
Wortelharen beschadigen
kalktekort
afname biodiversiteit: zeldzame soorten sterven uit

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorkomen vermesting
Mineralen nooit meer dan gewassen op kunnen nemen
Mest niet verspreiden, maar injecteren

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gewasbeschermingsmiddelen
Selectief -> werkend op 1 soort
Biologisch afbreekbaar -> bacteriën en schimmels kunnen het afbreken

Gifstoffen komen in bodem en worden opgenomen door planten -> hopen op in organismen hoger in de voedselpiramide (gifophoping)

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dierenwelzijn
Intensieve veehouderij -> dieren dicht op elkaar -> belemmert natuurlijk gedrag

Regels voor minimale hoeveelheid ruimte voor dieren

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een monocultuur?
A
Het verbouwen van meerdere gewassen op een groot oppervlak.
B
Het verbouwen van een gewas op verschillende oppervlakten.
C
Het verbouwen van een gewas op een groot oppervlak.
D
Het verbouwen van vraatbestendige gewassen.

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke uitleg past bij het begrip bio-industrie?
A
Weinig dieren op een oppervlak
B
Milieu vriendelijk productie
C
Allemaal verschillende dieren in 1 bedrijf
D
Zoveel mogelijk dieren op een klein oppervlak.

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Door kruising, selectie en andere methoden gunstige eigenschappen in gewassen combineren
A
fokken
B
klonen
C
veredeling
D
biotechnologie

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een oorzaak van waterbloei?
A
een toename in fosfaat en nitraat
B
een toename van zonlicht op de bodem
C
een toename van organische afvalstoffen in het water
D
een toename aan zuurstof in het water

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Accumulatie van gewasbeschermingsmiddelen is schadelijk voor ecosystemen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wil zeggen:
biologisch afbreekbaar gewasbeschermingsmiddelen
A
breekt biologische plagen af
B
breekt alle insecten af
C
wordt afgebroken door de schimmels en bacterien
D
Blijft in het milieu, niet af te breken

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een gevolg van waterbloei?
A
een toename in fosfaat en nitraat
B
een toename van zonlicht op de bodem
C
een toename van organische afvalstoffen in het water
D
een toename aan zuurstof in het water

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

vul aan:
Vermesting -> Waterbloei -> .1.. -> Sterfte planten -> sterfte snoek-> meer reducenten -> ..2.. -> Stinkend water
A
1 Meer licht 2 Minder C02
B
1 Meer licht 2 Minder 02
C
1 Minder licht 2 Minder CO2
D
1 Minder licht 2 Minder 02

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In de afbeelding zie je een bestrijdingsmiddel. Dit bestrijdingsmiddel blijft heel lang in de bodem aanwezig.
Is dit middel selectief? En is dit middel biologisch afbreekbaar?
A
selectief: ja biologisch afbreekbaar: ja
B
selectief: ja biologisch afbreekbaar: nee
C
selectief: nee biologisch afbreekbaar: ja
D
selectief: nee biologisch afbreekbaar: nee

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mindmap
Deze paragraaf leent zich perfect voor het maken van een mindmap of een samenvatting. Doordat er veel begrippen zijn, maar ook omdat er veel opsommende lijstjes zijn.

Maak een mindmap/samenvatting. Let daarbij op de volgende dingen:
- Zorg dat je de belangrijkste stof erin verwerkt
- Schrijf niet te veel op
- Maak het overzichtelijk. Houd het netjes

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan het werk
Je kunt bezig gaan met de opdrachten van 6.2


HUISWERK:
- 6.3 goed doorlezen

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions