sociale vaardigheden luisteren

actief luisteren
1 / 54
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 54 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

actief luisteren

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem 5 aandachtspunten in de communicatie bij zorgvragers met verschillende achtergronden

Slide 2 - Question ouverte

maak gebruik van korte zinnen
gebruik eenvoudige woorden
ga niet zelf krom praten
geen betuttelende en kleinerende houding aannemen
pas op met gebruik maken van gebaren
doe dingen voor
let op humor
vermijd waarom vragen
stel concrete vragen
wees bedacht op analfabetisme
heb een open en belangstellende houding
westerse cultuur
niet westerse cultuur
individualisme
groepscultuur
ouderen thuis verzorgen
het inhoudelijk aspect in communicatie stat centraal
relationele aspect staat centraal
indirecte communicatie
directe communicatie

Slide 3 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke zone
wordt hier
afgebeeld?
A
Intieme zone
B
Persoonlijke zone
C
Sociale zone
D
Publieke zone

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke zone zie je op de afbeelding?
A
Intieme zone
B
Persoonlijke zone
C
Sociale zone
D
Publieke zone

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe ziet het cyclisch proces van communicatie eruit?
A
Ontvanger, Reageren, Zender, Boodschap
B
Zender, Reageren, Ontvanger, Boodschap
C
Reageren, Ontvanger, Zender, Boodschap
D
Zender, Boodschap, Ontvanger, Reageren

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

miscommunicatie kan door:
welk zorgt voor juiste communicatie

A
verschil in referentie kader
B
actief luisteren
C
codering/decodering van de boodschap
D
interne en/of externe ruis

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

lesdoelen
de student kan benoemen wat het verschil is tussen horen en luisteren.
de student kan vertellen waaruit blijkt dat er sprake is van een goede luisterhouding en actief luisteren.
de student kan ne deze les vertellen waarom mensen met elkaar praten.
de student kan na deze les benoemen hoe je een gesprek begint , op gang kan houden en kan beëindigen.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

voorbeeld van actief luisteren is
A
luisteren terwijl je sport
B
je vat samen en oordeelt niet wat de ander je zegt.
C
gewoon luisteren
D
luisteren terwijl je op sociale media zit

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

als ontvanger van de boodschap neem je oppervlakkig waar wat de zender zegt. welk niveau van luisteren wordt hier boven omschreven?
A
niveau 1
B
niveau 2
C
niveau 3
D
niveau 4

Slide 24 - Quiz

n1= niet luisteren
n2=oppervlakkig luisteren
n3=inhoudelijk luisteren
n4= actief luisteren
waarom mensen met elkaar praten
informatie te delen
ervaringen te delen en te verwerken
behoefte aan erkenning
intimiteit ervaren

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

soorten vragen
gesloten vragen
open vragen
indirecte vragen

Slide 26 - Diapositive

gesloten vraag : beginnen vaak met wie, wanneer, waar, vindt u.....

open vragen; je geeft de ander ruimte om te antwoorden en je nodigt de ander uit om meer te vertellen: waarom, hoe, vertelt u eens wat over... wat vindt u ervan....

indirecte vragen; vb ik vraag me af, hoe u dat gelukt is........ zijn geen echte vragen
een gesprek starten
bij bekenden: "hoe gaat het met je"? of "hoe is het"?
bij zorgvragers: om duidelijker in te spelen op de situatie.
vb"ik zag de fysiotherapeut op de gang , is hij al bij u geweest?"

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

stimuleren tot doorpraten
formele gesprekken
informele gesprekken
aandachtige houding; het stellen van open vragen, de ander op een uitnodigende manier een vraag stellen; door laatste zin of woorden te herhalen; korte bemoedigende uitingen.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

afronden van een gesprek
geef aan dat je een gesprek wilt gaan stoppen of het contact gaat beëindigen.
het helpt als je de reden noemt waarom je wilt stoppen.
je kunt verbaal afscheid nemen
bedank de ander voor het gesprek

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

actief luisteren

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem 5 aandachtspunten in de communicatie bij zorgvragers met verschillende achtergronden

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

westerse cultuur
niet westerse cultuur
individualisme
groepscultuur
ouderen thuis verzorgen
het inhoudelijk aspect in communicatie stat centraal
relationele aspect staat centraal
indirecte communicatie
directe communicatie

Slide 33 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke zone
wordt hier
afgebeeld?
A
Intieme zone
B
Persoonlijke zone
C
Sociale zone
D
Publieke zone

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke zone zie je op de afbeelding?
A
Intieme zone
B
Persoonlijke zone
C
Sociale zone
D
Publieke zone

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe ziet het cyclisch proces van communicatie eruit?
A
Ontvanger, Reageren, Zender, Boodschap
B
Zender, Reageren, Ontvanger, Boodschap
C
Reageren, Ontvanger, Zender, Boodschap
D
Zender, Boodschap, Ontvanger, Reageren

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

miscommunicatie kan door:
welk zorgt voor juiste communicatie

A
verschil in referentie kader
B
actief luisteren
C
codering/decodering van de boodschap
D
interne en/of externe ruis

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

lesdoelen
de student kan benoemen wat het verschil is tussen horen en luisteren.
de student kan vertellen waaruit blijkt dat er sprake is van een goede luisterhouding en actief luisteren.
de student kan ne deze les vertellen waarom mensen met elkaar praten.
de student kan na deze les benoemen hoe je een gesprek begint , op gang kan houden en kan beëindigen.

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 46 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 47 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

voorbeeld van actief luisteren is
A
luisteren terwijl je sport
B
je vat samen en oordeelt niet wat de ander je zegt.
C
gewoon luisteren
D
luisteren terwijl je op sociale media zit

Slide 48 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 49 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 50 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 51 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 52 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 53 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

als ontvanger van de boodschap neem je oppervlakkig waar wat de zender zegt. welk niveau van luisteren wordt hier boven omschreven?
A
niveau 1
B
niveau 2
C
niveau 3
D
niveau 4

Slide 54 - Quiz

n1= niet luisteren
n2=oppervlakkig luisteren
n3=inhoudelijk luisteren
n4= actief luisteren