Nu wij - Anne Vegter - poëzieopdracht

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4-6

Laaggeletterdheid

Hoeveel laaggeletterden zijn er in ons land?  

Vul je antwoord in op de volgende dia. 

Hoeveel laaggeletterden zijn er in ons land?

Wanneer is iemand volgens jou laaggeletterd?

Drie nieuwe begrippen

1. Enjambement

= het doorlopen van een zin over twee (of eventueel meer) versregels. 

Bijna nooit zie je een vogel in de lucht

zich bedenken, zwenken, terug. (Judith Herzberg)

Drie nieuwe begrippen

2. elisie

= het weglaten van een of meer klanken. 

't een en 't ander (uitspraak: teen en tander)

d' eedlen (= de edelen)

Neêrland (= Nederland)

Drie nieuwe begrippen

3. ambiguïteit 

= Dubbelzinnigheid, meerduidigheid of veelzinnigheid, 

--> het verschijnsel dat een tekst of gedeelte daarvan (woord, woordgroep, passage e.d.) op meer dan één manier gelezen of geïnterpreteerd kan worden

Dit gedicht schaamt zich gedicht te zijn. (Lucebert)

Marie is die nacht goed bevallen.

Maak een screenshot of foto van het gedicht dat op de volgende dia staat zodat je steeds kunt kijken....

We lachten zo schel dat we bekend raakten om onze vrolijkheid,

aan ons merkte je niets. We kozen brillen, haastige, we droegen

zweetbeslagen glazen, zagen gezichten noch gezegden, woorden,

letters lazen we maar even niet. We sloegen regels in de wind

van de taal: (hullie zullie of hoe zeg je dat hunnie of laat ook maar).

Moesten we luidop lijstjes lezen, op werk zeiden we niet geweten,

bril vergeten. We wachtten vrolijkheid die zomaar niet kwam. Thuis

zwegen de dingen en de dieren zoals in grotten van voor tekens

van leven. Mensenschrift. Ergens begonnen, toen op drift en nu

doet iedereen het, zeggen ze, maar het alfabet is misschien

niet helemaal eerlijk verdeeld. Waar waren we toen de letters

werden geschud? Is er nog over van de spelling? Mogen wij ook?

Wat is de term voor de overgang tussen regel 4 en 5 en regel 8 en 9?

1. Distichon
2. Enjambement
3. Jambe

Het gedicht bestaat uit drie strofes van vier regels. Hoe noem je zo’n strofe van vier regels?

1. couplet
2. terzine
3. kwatrijn

‘Zweetbeslagen glazen, zagen’ In dit fragment is sprake van:

1. assonantie
2. eindrijm
3. alliteratie

Thuis zwegen de dingen en de dieren zoals in grotten van voor tekens | van leven. In deze zin is sprake van:

1. Alliteratie, ambiguïteit, assonantie, personificatie en als-vergelijking
2. Alleen alliteratie en assonantie
3. Alleen ambiguïteit en als vergelijking

Wie zijn ‘wij’?

1. slechtzienden
2. leraren
3. laaggeletterden

‘Mogen wij ook?’ Wat willen ze?

1. Spellingsregels bepalen
2. Goed leren lezen en schrijven
3. Met een kaartspel meedoen

'zagen gezichten noch gezegden’ Het woord ‘noch’ betekent:

1. ook
2. evenmin
3. nogsteeds

Wat vertelt de dichter je in dit gedicht?

Vragen?