1.3 Heb je geld nodig om te ruilen?

WELKOM

Zet je dit alvast klaar
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

WELKOM

Zet je dit alvast klaar

Slide 1 - Diapositive

Planning woensdag 12 oktober
 

- Terugblik
- Paragraaf 1.3
- Zelfstandig werken
- Afsluiten

Slide 2 - Diapositive

Wat voor uitgaven zijn als je boodschappen gaat doen?
timer
0:20
A
Vaste lasten
B
Huishoudelijke uitgaven
C
Incidentele uitgaven

Slide 3 - Quiz

Wat voor uitgaves zijn
elektriciteit en gas?
timer
0:20
A
Vaste lasten
B
Huishoudelijke uitgaven
C
Incidentele uitgeven

Slide 4 - Quiz

Wat voor inkomsten is jou kinderbijslag?
timer
0:20
A
Inkomen uit arbeid
B
Overdrachtsinkomen
C
Inkomen uit bezit

Slide 5 - Quiz

Welke formule is juist?

Van week naar maand=...
timer
0:30
A
Weekbedrag*52:12
B
Maandbedrag*12:52
C
Weekbedrag*4
D
Maandbedrag:4

Slide 6 - Quiz

Per week krijg €7,50 aan
zakgeld, hoeveel euro heb je
aan het einde van de maand?
timer
0:30
A
€30
B
€15
C
€22,50
D
€32,50

Slide 7 - Quiz

Welke valuta's zijn er?

Slide 8 - Carte mentale

Aan het einde van de les kan je...
Vertellen hoe geld is ontstaan.
Verschillen benoemen tussen directe en indirecte ruil.
Kan je rekenen met procentuele verandering.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Directe ruil

Het ruilen van van goederen of diensten tegen andere goederen of diensten.

Indirecte ruil

Goederen en diensten geruild met behulp van een ruilmiddel zoals geld.

Slide 11 - Diapositive

Wat kan je met geld?

Slide 12 - Diapositive

Spaarmiddel-->

 Je bewaart het geld om het op een latere moment uit te geven

Slide 13 - Diapositive

Rekenmiddel -->
 
Je geeft producten een waarde in geldeenheden om ermee te rekenen

Slide 14 - Diapositive

Ruilmiddel-->

 Je geeft geld uit om aankopen te doen

Slide 15 - Diapositive

Procentuele verandering= (nieuw-oud):oud x 100%
De PS5 kostte vorige jaar 899, nu is het aanbieding voor 768

Hoeveel % is het nu goedkoper?

Slide 16 - Diapositive

Wat ga je nu doen?
Wat: Opgave 24 t/m 30 maken
Tijd: 10 minuten
Vragen? Eerst samen met je buurman of buurvrouw oplossen, als je er dan niet uitkomt steek jij       je vinger op.
Klaar? Ga verder met het oefenen met de herhalingsopdrachten of lezen in je leesboek.

Opdrachten niet af? Dit wordt dan huiswerk.

Slide 17 - Diapositive