Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Woordbenoemen - zww en hww
Lesprogramma
Stil lezen
Lesdoel
Uitleg zww, hww en kww
Zelf aan de slag
1 / 14
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
Cette leçon contient
14 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Lesprogramma
Stil lezen
Lesdoel
Uitleg zww, hww en kww
Zelf aan de slag
Slide 1 - Diapositive
timer
10:00
Slide 2 - Diapositive
Lesdoel
Aan het eind van deze les én na het maken van de opdrachten van je weektaak:
- Ken je de kenmerken van het zelfstandig werkwoord (zww) en het hulpwerkwoord (hww)
- Kun je de verschillende soorten werkwoorden in een zin benoemen.
Slide 3 - Diapositive
Lesdoel
Aan het eind van deze les én na het maken van de opdrachten van je weektaak:
- Ken je de kenmerken van het zelfstandig werkwoord (zww) en het hulpwerkwoord (hww)
- Kun je de verschillende soorten werkwoorden in een zin benoemen.
Slide 4 - Diapositive
Wie kent het verschil tussen een hww en zww?
Ja
Nee
Slide 5 - Sondage
zww
Geeft aan wat er wordt gedaan --> Het onderwerp
doet
iets.
Er staat altijd
1
zelfstandig werkwoord in de zin.
Imme
fietst
elke dag naar school.
Imme is naar school
gefietst.
Imme zal elke dan naar school moeten
fietsen.
Slide 6 - Diapositive
hww
Als een zin meerdere ww heeft, is het ww dat de handeling aangeeft altijd een
voltooid deelwoord
of een
infinitief.
De persoonsvorm en eventuele andere ww zijn dan een
hulpwerkwoord
.
Imme
is
elke dag naar school
gefietst
.
Imme
zal
elke dag naar school
moeten
fietsen
.
Slide 7 - Diapositive
hulpwerkwoord
zelfstandig werkwoord
Zij
laten
hun
auto
morgen
repareren.
Slide 8 - Question de remorquage
hulpwerkwoord
zelfstandig werkwoord
Kan
je
niet
beter
uitkijken!
Slide 9 - Question de remorquage
hulpwerkwoord
zelfstandig werkwoord
Max
zou
dat
gedaan
kunnen
hebben.
Slide 10 - Question de remorquage
hulpwerkwoord
zelfstandig werkwoord
Hij
heeft
weer
niet
geluisterd.
Slide 11 - Question de remorquage
hulpwerkwoord
zelfstandig werkwoord
Hij
kocht
het
mooie
cadeau.
Slide 12 - Question de remorquage
In hoeverre begrijp je nu het verschil tussen een hww en een zww?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 13 - Sondage
Zelf aan de slag
maken hfdst. 3 grammatica - woordbenoemen - zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord
Slide 14 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
HWW en ZWW
Septembre 2024
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Woordbenoemen - zww, kww en hww
Novembre 2021
- Leçon avec
27 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
Woordbenoemen - zww, kww en hww
Mai 2024
- Leçon avec
23 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
Les 6 - uitleg hww en zww
Février 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
week 40 herhalen - zww, kww en hww
Octobre 2021
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Les 6 - uitleg hww en zww
Février 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
HWW en ZWW
Février 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
2 Havo - theorie week 15 H3 zww, kww en hww
Avril 2021
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2