Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Vidéo
De O'o
Slide 2 - Diapositive
Planning
Introductie Wat weten we nog van vorige lessen? Fossielen Evolutie De aarde is in beweging (platentektoniek) Quiz/(huiswerk) laatste kans voor vragen + afsluiting
Slide 3 - Diapositive
Wat gaan we leren
- Fossielen, wat is het hoe ontstaat het - Aardplaten bewegen (door warmtestroom!) - Evolutie en voorbeelden hiervan - De aarde heeft een enorme rijkheid aan soorten, hoe kan dit?
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Charles Darwin
Slide 6 - Diapositive
Evolutie
Evolutie is de verandering van soorten (populaties) van generatie op generatie waarin kinderen van organismen steeds beter aangepast zijn aan hun omgeving (of als ze dit niet op tijd kunnen uitsterven) ZO MEER HIEROVER!
Slide 7 - Diapositive
Weet je nog: het voedselweb
Slide 8 - Diapositive
Stephen's Eiland Rotswinterkoning
Slide 9 - Diapositive
Dodo
Slide 10 - Diapositive
Wat is dit?
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
Vorming van een fossiel
Wanneer wordt een dier of plant een fossiel? 1HARDHEIDDIERLIJK 'SKELET': weekdier (slak) tegenover een dinosaurus (reptiel) 2 OMSTANDIGHEDEN (warm, koud, vochtig) 3BEDEKKING door bijvoorbeeld rots of klei
Slide 14 - Diapositive
Pangea (het oercontinent)
Slide 15 - Diapositive
De aarde beweegt! Tektonische platen
Slide 16 - Diapositive
Hoe werkt het?
Slide 17 - Diapositive
Divergente (uit elkaar bewegende) platen
Slide 18 - Diapositive
Terug naar evolutie: Zien jullie deze kleine eilandgroep >
Slide 19 - Diapositive
Hawai: heel veel bijzondere soorten die ALLEEN op hawai voorkomen
Slide 20 - Diapositive
De O'o
Slide 21 - Diapositive
De Iwi (bijna uitgestorven)
Slide 22 - Diapositive
Terug naar evolutie: de ijsbeer
Slide 23 - Diapositive
Evolutie van beren (welke beer 'lijkt' het meest op de ijsbeer?)
Slide 24 - Diapositive
Evolutie van het paard
Slide 25 - Diapositive
Wat gebeurt er wanneer een soort zich niet kan aanpassen aan zijn omgeving
A
Uiteindelijke past die zich toch aan
B
Een soort kan zich altijd aanpassen
C
De soort zal uitsterven
D
De omgeving zal zich aanpassen aan de soort
Slide 26 - Quiz
Wat was de naam van het oercontinent (alle contintenten lagen aan elkaar)
A
Panteo
B
Pangea
C
Panfluit
D
Pandemie
Slide 27 - Quiz
Wat is GEEN belangrijk sleutelbegrip bij evolutie?
A
Omgeving
B
Generaties
C
Het aangepast zijn van soorten
D
Leergedrag van dieren
Slide 28 - Quiz
Welke dier zal waarschijnlijk het minst snel een fossiel worden?
A
Een dinosaurus
B
Een koe
C
Een mens
D
Een naaktslak
Slide 29 - Quiz
Wat speelt een rol bij de kans dat een dier een fossiel wordt
A
Hardheid van het dierlijk skelet
B
(omgevings) omstandigheden
C
Bedekking
D
ALLE antwoorden zijn goed
Slide 30 - Quiz
Hoe heet de man die de evolutietheorie formuleerde?
A
Charles Darpin
B
Charlie Dawkins
C
Charlie Chaplin
D
Charles Darwin
Slide 31 - Quiz
Zijn er nog vragen?
Evolutie is een lastig begrip, zorg dat je na vandaag snapt wat het betekent! Toch nog niet? Vraag het.
(Hoe zou deze boom evolutionair aangepast zijn?)
Slide 32 - Diapositive
Toch wel een heel mooi fossiel: trix in Naturalis Leiden