paragraaf 1.1 Leven met water

1 / 27
suivant
Slide 1: Vidéo interactive avec 1 diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

Éléments de cette leçon

1

Slide 1 - Vidéo

01:25
Wanneer ervaren we water als vriend en wanneer als vijand?

Slide 2 - Question ouverte

Slide 3 - Diapositive

0

Slide 4 - Vidéo

Hoe kon deze wateroverlast in dit gebied ontstaan?
Probeer een combinatie van oorzaken te bedenken.

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Diapositive

Lesdoelen:
  • je begrijpt dat wateroverlast op verschillende locaties kan voorkomen.
  • je kunt uitleggen wanneer het neerslagregiem regelmatig of onregelmatig is.
  • je kunt de lange waterkringloop beschrijven.
  • je kunt uitleggen wanneer de waterbalans positief/negatief is.
  • je kunt het verschil in maatregelen voor 1995 en na 1995 benoemen om wateroverlast te voorkomen.
  • je kunt de onderdelen uit de drietrapsstrategie noemen en beschrijven wat het doel is.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Vidéo

doorsnede waterkringloop

Slide 10 - Diapositive

3

Slide 11 - Vidéo

01:00
Op welk onderdeel uit de drietrapsstrategie richt men zich in de benedenloop van een rivier?
A
vasthouden
B
bergen
C
afvoeren

Slide 12 - Quiz

01:00
Welke andere term ken je voor vasthouden van water. En welke maatregel kun je nemen in de bovenloop om water vast te houden?

Slide 13 - Question ouverte

01:00
Op welk onderdeel uit de drietrapsstrategie richt men zich in de bovenloop van een rivier?
A
vasthouden
B
bergen
C
afvoeren

Slide 14 - Quiz

1

Slide 15 - Vidéo

02:44
Op welke manieren zorgt klimaatverandering voor piekafvoeren (wateroverlast)?

Slide 16 - Question ouverte

Neerslagregiem
klimaatverandering opgave 3 en 4
De verdeling van de hoeveelheid neerslag in een bepaalde periode (bijv een jaar)

Regiem gaat over schommelingen veranderingen 
zorgen voor 
regelmatiger of onregelmatiger

Slide 17 - Diapositive

Waterbalans
Verschil tussen hoeveelheid neerslag die valt en de verdamping.

Klimaatverandering zorgt voor toenemende verschillen in waterbalans zomer/winter

Slide 18 - Diapositive

Winter
  • meer neerslag in winter betekent groter debiet sloten en rivieren
  • bevroren bodems beperken infiltratie neerslag. Dit zorgt voor piekafvoer in het voorjaar als temperatuur stijgt.
Zomer
  • toename verdamping betekent afname debiet
  • minder nuttige neerslag, minder infiltratie zal leiden tot verdroging
  • Kanalisatie zorgt voor versnelde afvoer en minder infiltratietijd. Dit leidt tot verdroging.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Watertoets 
(opgave 9)
Uitgevoerd op lokaal (gemeente) en regionaal (provincie) niveau bij aanleg woonwijken, industrieterreinen en infrastructuur.

Twee uitgangspunten:
  1. geen gebouwen op plekken die nodig zijn voor uitvoering drietrapsstrategie
  2. waterproblemen nooit doorschuiven naar volgende generatie of ander gebied (=afwenteling)

Slide 22 - Diapositive

Waterschap
taken en doelen
  1. regelen waterhuishouding
  2. beheer, beschermen en onderhouden van dijken en duinen.
  3. beheersen grondwaterpeil
  4. beheersen waterkwaliteit
  5. evt. onderhoud vaar-en landwegen(over dijk bijvoorbeeld)

Slide 23 - Diapositive

opg 8c: Waarom is het gezien vanuit de economische dimensie lastig om water in een stad als Rotterdam vast te houden?

Slide 24 - Question ouverte

Wat is het belangrijkste verschil tussen het beleid op waterveiligheid tot 1995 en na 1995?
A
Tot 1995 gericht op vasthouden en bergen na 1995 op afvoeren.
B
Tot 1995 gericht op afvoeren en een beetje bergen na 1995 gericht op afvoeren.
C
Tot 1995 gericht op afvoeren en na 1995 gericht op vasthouden en bergen.
D
Tot 1995 gericht op veiligheid en e na 1995 gericht op veiligheid in combi met natuur en recreatie.

Slide 25 - Quiz

Op welk schaalniveau wordt de watertoets uitgevoerd?
A
lokaal
B
regionaal
C
nationaal
D
internationaal

Slide 26 - Quiz

Toon een voorbeeld van een maatregel in het rivierengebied die gericht is op afvoeren.

Slide 27 - Question ouverte