les 8 gezonde leefstijl periode 1

Les 8 gezonde leefstijl 
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Les 8 gezonde leefstijl 

Slide 1 - Diapositive

Groep 1     14.15 uur MTB

Slide 2 - Diapositive

Groep 2     15.20 uur MTB

Slide 3 - Diapositive

Les indeling 

Slide 4 - Diapositive

Plaatje, praatje, daadje 

Slide 5 - Diapositive

Wat is differentiëren in een sportactiviteit
A
iets laten zoals het is
B
iets aanpassen naar makkelijker of moeilijker maken
C
Allemaal hetzelfde niveau zien te krijgen

Slide 6 - Quiz

Differentiëren 

Differentiëren gaat over het bewust, doelgericht aanbrengen van verschillen in instructie. 


Niemand is gelijk, pas je les daarom soms aan!! 

Slide 7 - Diapositive

Wat waren de KLUCS ook alweer?

Slide 8 - Carte mentale

Toepassen in iedere 'goede' les!! 
Kracht
Lenigheid 
UHV
Coördinatie 
Snelheid 

Slide 9 - Diapositive

Opdr 23 leefstijlinterventies 
Test je kennis! 

Ik ben benieuwd wie het begrepen heeft!

20 minuten om te maken! 

Slide 10 - Diapositive

Wat is de eerste vorm van energie voor je lichaam?
A
Lichaamsbeweging
B
Voeding
C
Niet roken en drinken
D
sociale contacten

Slide 11 - Quiz

Waarom moet men naast gekookte ook rauwe groente eten?
A
Omdat dat lekker is
B
koken krijg je 30 tot 50% vitamineverlies
C
Koken is niet gezond
D
Gekookte groente is moeilijker te eten

Slide 12 - Quiz

Wat zit er in vet vlees waardoor je aderen kunnen dichtslibben?
A
Onverzadigd vet
B
Koolhydraten
C
Foliumzuur
D
Verzadigd vet

Slide 13 - Quiz

Wat zit er vooral veel in mager vlees?
A
vetten
B
koolhydraten
C
eiwitten
D
ijzer

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Vidéo

Wat zit er niet in vlees en wel in groente dat heel belangrijk is?
A
Mineralen
B
vitamines
C
vezels
D
ijzer

Slide 16 - Quiz

Voedingsvezels (vezels) 


                                      Zijn heel belangrijk voor de gezondheid. 

Ze dragen bij aan een goede spijsvertering, een verzadigd gevoel na het eten en verminderen het risico op hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en darmkanker.

Slide 17 - Diapositive

Door leuke dingen te doen gaat welk hormoon vooral zijn werk doen?
A
adrenaline
B
nor adrenaline
C
insuline
D
endorfine

Slide 18 - Quiz

Welk orgaan is verantwoordelijk voor de afbraak van suiker?
A
Lever
B
Nieren
C
Alvleesklier
D
Dikke darm

Slide 19 - Quiz

Om af te vallen is welke activiteit het beste om te doen?
A
Hardlopen
B
Spierversterkende oefeningen
C
Spinning
D
Voetballen

Slide 20 - Quiz

Wat is hypertensie?
A
te hoog bloedsuikergehalte
B
te hoge bloeddruk
C
te hoog cholesterol
D
vitamineoverschot

Slide 21 - Quiz

120- 80 
Optimaal! 

Slide 22 - Diapositive

Wat zou bloeddruk te maken kunnen hebben met jouw sportactiviteit aan oudere deelnemers?

Slide 23 - Question ouverte

Hoe hoog zijn de zorgkosten in Nederland per jaar?
A
10 miljard euro
B
20 miljard euro
C
50 miljard euro
D
100 miljard euro

Slide 24 - Quiz

Wat heeft de Sociaal Economische Status (SES) met ons vak te maken

A
Mensen met een lage SES zijn eerder geneigd ongezonder te leven
B
Mensen met een hoge SES leven vaak ongezonder
C
Mensen met een lage SES eten vaak gezonder
D
Mensen met een hoge SES zijn lager opgeleid

Slide 25 - Quiz

Is geperste sinaasappelsap net zo gezond als een sinaasappel
A
ja
B
nee

Slide 26 - Quiz

Per glas 4 tot 5 klontjes en minder vezels :( 

Slide 27 - Diapositive

De juiste volgorde is?
A
Praatje, plaatje, daadje
B
plaatje, praatje, daadje
C
daadje, plaatje, praatje
D
plaatje, daadje, praatje

Slide 28 - Quiz

Huiswerk BOOM 

Presentatie voeding in teams! 
dit is opdracht 17 in BOOM! 

Alleen een aftekenlijst! 

1 week de tijd voor!!! 

Slide 29 - Diapositive