Scheikunde - paragraaf 3.4 (Klas 3hl)

Paragraaf 3.4

Wat leer je deze les?
- Atoommodel van Rutherford
- Isotopen
- Verschil tussen atoomnummer en massagetal
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 3.4

Wat leer je deze les?
- Atoommodel van Rutherford
- Isotopen
- Verschil tussen atoomnummer en massagetal

Slide 1 - Diapositive

Moleculen bestaan uit...

Slide 2 - Question ouverte







Atomos: ondeelbaar

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Een atoom is het kleinste deeltje wat bestaat.
W A A R
N I E T W A A R

Slide 5 - Sondage

Slide 6 - Diapositive

Ernest Rutherford
Ernest Rutherford

Slide 7 - Diapositive

0

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Uit welke deeltjes bestaan een atoom?
A
Peutronen
B
Protonen
C
Elektronen
D
Neutronen

Slide 14 - Quiz

Een elektron is .... geladen en bevindt zich in de ... van het atoom.
A
Positief - wolk
B
Negatief - kern
C
Positief - kern
D
Negatief - wolk

Slide 15 - Quiz

Een proton is .... geladen en bevindt zich in de ... van het atoom.
A
Positief - wolk
B
Negatief - kern
C
Positief - kern
D
Neutraal - kern

Slide 16 - Quiz

Een neutron is .... geladen en bevindt zich in de ... van het atoom.
A
Neutraal - wolk
B
Positief - kern
C
Neutraal - kern
D
Negatief - wolk

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Diapositive

Atoomnummer
- Aantal protonen, neutronen en elektronen is verschillend.
- Atoomnummer = aantal protonen in de kern.

Voorbeeld 
Atoomnummer Natrium: 11 
> 11 protonen

Slide 19 - Diapositive

Hoeveel protonen heeft het atoom zuurstof?

Slide 20 - Question ouverte

Hoeveel protonen heeft het atoom aluminium?

Slide 21 - Question ouverte

Welk atoom is dit?

Slide 22 - Question ouverte

Welk atoom is dit?

Slide 23 - Question ouverte

Een atoom heeft altijd evenveel elektronen als protonen. Een atoom is daarom een ... deeltje.
A
Geladen
B
Ongeladen

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Diapositive

Isotopen
Per atoomsoort is het aantal protonen en elektronen gelijk.
Het aantal neutronen kan soms verschillen:  isotopen




Slide 26 - Diapositive

Massagetal
Protonen+neutronen




                                                                    massagetal


Elektronen zijn 'te licht'

Slide 27 - Diapositive

Massagetal
Atoomnummer: aantal protonen
Massagetal: protonen+neutronen

Voorbeeld 
Atoomnummer Helium: 2
> 2 protonen

Massagetal Helium: 4
> 2 protonen + 2 neutronen



Slide 28 - Diapositive

Massagetal
Atoomnummer: aantal protonen
Massagetal: protonen+neutronen

Voorbeeld 
Atoomnummer Fluor: 0
> 9 protonen

Massagetal Helium: 19
> 9 protonen + 10neutronen



Slide 29 - Diapositive

Hoeveel neutronen heeft Aluminium-28?
(Gebruik P.S. op blz. 79)

Slide 30 - Question ouverte

Welk isotoop heeft 17 protonen en 20 neutronen?
(Gebruik P.S. op blz. 79)

Slide 31 - Question ouverte

Hoeveel neutronen heeft N-13?
(Gebruik P.S. op blz. 79)

Slide 32 - Question ouverte

Wat heb je geleerd?

- Atoommodel van Rutherford
- Isotopen
- Verschil tussen atoomnummer en massagetal

Slide 33 - Diapositive