Spelling 1.8 herhaling + 2.8

Klas 2 basis aug/sept 2021
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Klas 2 basis aug/sept 2021

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen van vandaag
Je weet nog hoe je een punt, vraagteken, komma en uitroepteken gebruikt.(1.8)
Je weet hoe je een dubbele punt en aanhalingstekens gebruikt. (1.8)
Je kunt de dicteewoorden, die je geleerd hebt, goed spellen. (1.8)
Je weet het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden. (2.8)
Je oefent met de PV in de verleden tijd. (2.8)
Je weet hoe je de volgende les kunt voorbereiden.
Al jouw vragen zijn gesteld én beantwoord.

Slide 2 - Diapositive

Een uitroepteken staat....
A
in de zin
B
aan het eind van een zin
C
aan het einde van een vraag
D
vooraan in de zin

Slide 3 - Quiz

Een komma staat ...
A
na een vraag
B
in iedere zin
C
in een zin
D
in plaats van een hoofdletter

Slide 4 - Quiz

Bedenk een zin. Gebruik de directe rede en de leestekens die daarbij horen.

Slide 5 - Question ouverte

Bij welke zin is de directe rede gebruikt?
A
Jan zei dat hij ziek was.
B
Jan zei: dat hij ziek was.
C
Jan zei: "ik ben ziek."
D
"Jan zei ik ben ziek"

Slide 6 - Quiz

luister naar de docent en schrijf de woorden op een blaadje

Slide 7 - Diapositive

Sterke en zwakke werkwoorden

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Sterke werkwoorden:

Veranderen van klank als de tijd verandert.
Lopen - liepen
Zwemmen - zwommen
Zwakke werkwoorden:

Klinken het zelfde in verschillende tijden:
Huilen - huilden
Fietsen - fietsen

Slide 10 - Diapositive

Zelf oefenen met sterke en zwakke werkwoorden
Lees de leertekst op blz 131 (peroonsvorm in de verleden tijd)
Maak opdracht 2 + 3 op blz. 132
Klaar? Werk dan door aan opdracht 4 en 5 (dit is ook huiswerk)
Zacht overleggen mag
Heb je een vraag? Steek je vinger op.
timer
10:00

Slide 11 - Diapositive

Hoe lukte het rustig werken?
A
Ik was rustig, maar werkte niet
B
Ik was niet rustig en werkte niet.
C
Ik was rustig en werkte door.
D
Ik was niet rustig en werkte door.

Slide 12 - Quiz

Voor de volgende les: 
Leer de dicteewoorden van 1.8
Leer de leertekst op blz 131
Maak de opdrachten uit de les af (2+3 blz 132)
Neem een leesboek van jouw keuze mee.

Slide 13 - Diapositive

Lesdoelen van vandaag
Je weet nog hoe je een punt, vraagteken, komma en uitroepteken gebruikt.(1.8)
Je weet hoe je een dubbele punt en aanhalingstekens gebruikt. (1.8)
Je kunt de dicteewoorden, die je geleerd hebt, goed spellen. (1.8)
Je weet het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden. (2.8)
Je oefent met de PV in de verleden tijd. (2.8)
Je weet hoe je de volgende les kunt voorbereiden.
Al jouw vragen zijn gesteld én beantwoord.

Slide 14 - Diapositive

Zijn onze doelen gehaald?

Slide 15 - Diapositive

Wat ging goed in deze les?

Slide 16 - Question ouverte

Wat kon beter in deze les?

Slide 17 - Question ouverte

Slide 18 - Diapositive