Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Argumenteren AUB
H3
Standpunten
Overtuigende argumenten
Slide 1 - Diapositive
'Een mening zonder argumenten is een gevoel' zegt Loesje. Wat betekent dat voor jouw debatstrategie?
Slide 2 - Question ouverte
Standpunten en argumenten
Standpunt: mening waarover je het oneens kunt zijn (stelling)
Argument: waarom jouw mening 'waar' is (onderbouwing)
Slide 3 - Diapositive
1. Wat is het standpunt in de volgende zin? "Ik wil nooit meer naar Lowlands. Ik ben na de laatste keer meer dan een week hartstikke ziek geweest."
Slide 4 - Question ouverte
2. Wat is het standpunt in de volgende zin? "Omdat je met een scooter een grotere kans loopt op een ernstig ongeluk dan op een fiets, lijkt het mij verstandig om scooters te verbieden. "
Slide 5 - Question ouverte
3. Wat is het argument in de volgende zin? "Louis van Gaal is met meerdere teams landskampioen geworden. Hij is dus een heel goede trainer."
Slide 6 - Question ouverte
4. Wat is het argument in de volgende zin? "Volgens mij moet je elke dag een half uurtje de krant lezen. Je bent dan veel beter op de hoogte van de actualiteit."