Grammatica - blok 2 - les 1 - zinsontleding splitsbare ww en wwg met te

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Blok 2 - Grammatica

zinsdelen wwg-ond-lv

splitsbaar ww

wwg met te

• Telefoon in telefoonhotel
• Ga zitten
• Leg je laptop/boek/schrift/etui op tafel
• Wacht in stilte tot de les gaat beginnen

1. Absentie
2. Huiswerk bespreken 
   
3. Opwarmen
4. Uitleggen
5. Oefenen
6. Nabespreken (doelen bereikt?)

Wat gaan we doen?

2

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Opwarmen - wat weet je nog?

2

Lees	Inleiding en roze kader Grammatica - Blok 2
Maak	Opdracht 1 (blz. 72)
Hoe	5 minuten individueel (stilte) 2 minuten - vergelijk en overleg met je buur Na 8 minuten - klassikaal
Tijd	7 minuten
Eerder klaar?	Ga verder met opdracht 2 en lees de gele uitleg (blz. 73)
Resultaat	Klassikaal bespreken enkele zinnen opdr. 1 (app)

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Kunnen

• Je weet dat je zinnen altijd in een vaste volgorde moet ontleden.
• Je weet wat het wwg is.

• Je kunt uitleggen wat een splitsbaar werkwoord is.
• Je kunt uitleggen wat een wwg met te is. 

Je kunt de volgende zinsdelen benoemen:

• pv
• wwg (incl. splitbaar en met te)
• ond
• lv

Weten

2

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Type

Terugblik - wat weet je nog?

• Persoonvorm (pv)
• Werkwoordelijk gezegde (wwg)
• Onderwerp (ond)
• Basisdelen
• Zinsdelen

Animatie - zinsdelen

Animatie zinsdelen

2

Tijdens deze fase blik je terug op de vorige les.

Eventueel bespreek je moeilijke opdrachten uit het huiswerk.

Type

Wat weet je nog - oefening

• Log in bij LessonUp
• Jullie krijgen straks twee zinnen om te ontleden
• Een zin ontleden doe je altijd in een vaste volgorde:

2

1. persoonvorm (tijdproef)
2. wwg - alle ww in een zin, geeft aan wat er gebeurt
3. ond - wie of wat + wwg, geeft aan wie of wat het doet (getalproef)

Tijdens deze fase blik je terug op de vorige les.

Eventueel bespreek je moeilijke opdrachten uit het huiswerk.

1. Schrijf de zin over en zet de zinsdelen tussen zinsdeelstrepen.
2. Benoem de pv, wwg en ond.

De hond wil steeds op de bank springen.

1. Schrijf de zin over en zet de zinsdelen tussen zinsdeelstrepen.
2. Benoem de pv, wwg en ond.

De monteur controleert het toerental van de motor.

Je weet dat het werkwoordelijk gezegde uit alle werkwoorden uit een zin bestaat:

Ik loop morgen naar school.

Ik ga morgen naar school lopen.

Ik ben gisteren naar school gelopen.

Werkwoordelijk gezegde

2

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

Vandaag ga je daar twee aanvullingen op leren, namelijk:

-> splitsbare werkwoorden

-> werkwoorden met te

Werkwoordelijk gezegde

2

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

Van sommige werkwoorden kan de persoonsvorm in een zin gesplitst voorkomen.

Voorbeelden

Ik ruim mijn kamer op.  (opruimen)

Ik pak mijn tas in.           (inpakken)

Splitsbare werkwoorden

• op en in horen in de voorbeeldzinnen bij het werkwoordelijk gezegde.
• Let op: wwg = één zinsdeel!

2

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

pv          = ruim op                    (tijdproef)

wwg      = ruim op                    (splitsbaar ww)

ond        = ik                               (wie ruimt op?)

lv            = mijn kamer              (wat ruim ik op?)

Splitsbare werkwoorden & wwg

Voorbeeld

Ik / ruim / mijn kamer / op. (opruimen)  

Zinsdeel 1 - wwg

Zinsdeel 2 - ond

Zinsdeel 3 - lv

2

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

1. Ontleed de zinnen in zinsdelen (pv/wwg, ond, lv)

2. Uit hoeveel zinsdelen bestaan de volgende zinnen?

Even oefenen (modellen)

1. Ik neem een pijnstiller in.
   
2. Ik teken de prachtige bloemen na.
   
3. Ik spoel het glas om.

2

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

1. Ontleed de zinnen in zinsdelen (wwg, ond, lv)

2. Uit hoeveel zinsdelen bestaan de volgende zinnen?

Ik zet de televisie aan

Extra oefenen? (klas)

Link naar oefening online methode

2

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

Uitleg - wwg met te

Je weet dat het werkwoordelijk gezegde uit alle werkwoorden van een zin bestaat. Soms staat voor het hele werkwoord te. Dan geldt:

persoonsvorm + te + hele ww = werkwoordelijk gezegde

voorbeeld

Aukje zit de hele tijd te lachen.

wwg = zit te lachen

2

Tijdens deze fase richt je de aandacht van de leerlingen op de lesstof en activeer je de voorkennis.

Blok 2 - Zelfstandig werken

Lees	Lees de opdrachten met de voorbeelden goed door. Lees de gele theorie goed door
Maak	2 t/m 5 (blz. 72)
Hoe	1e 10 minuten alleen en in stilte. (ook geen vragen) Daarna mag je samenwerken met je buur.
Tijd	25 min.
Klaar	Lezen in je leesboek
Resultaat	Af tijdens de les

2

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen jouw instructie hebben begrepen d.m.v. een begeleide oefening.

• Schrijf de kernwoorden van deze les op in je schrift.
• 
  

Leerdoel gehaald?

2

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen het leerdoel van de les hebben behaald.

Wat niet af is tijdens de les.

Volgende les verder met

Grammatica Blok 2

Evaluatie en huiswerk

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen het leerdoel van de les hebben behaald.