Voorbeelden:
kleur: goud heeft een eigen kleur.
geur: benzine kun je ruiken.
smaak: suiker heeft een zoete smaak.
brandbaarheid: aardgas is brandbaar, water niet.
giftigheid: koolmonoxide is een giftig gas.
dichtheid: de dichtheid van water is 1 kg/dm³
kookpunt: het kookpunt van alcohol is 78°C
smeltpunt: het smeltpunt van alcohol is -114 °C
oplosbaarheid in water: keukenzout is goed oplosbaar in water.
geleidbaarheid van stroom: koper geleid de stroom goed.