3.4 De WIC en Suriname

3.4 De WIC en Suriname
3.4 De WIC en Suriname 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

3.4 De WIC en Suriname
3.4 De WIC en Suriname 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Datum:
Vak: Geschiedenis
Je weet waarom de VOC werd opgericht en welke gevolgen dit had voor de Republiek op economisch en politiek gebied 
Je weet waarom de WIC werd opgericht en waardoor de Trans-Atlantische slavenhandel werd opgericht 
- Herhaling VOC 
- Oprichten WIC, fort El Mina, Slavenhandel 
maken opdrachten bij paragraaf 3.4
Is het gelukt met de opdrachten? Welke leerstof moet herhaald worden
Geen :)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Je weet waarom de WIC werd opgericht en waardoor de Trans-Atlantische slavenhandel werd opgericht 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke redenen had de Republiek om de VOC op te richten? 
Sociaaleconomisch: 
Politiek: 

Slide 4 - Tekstslide

Sociaal-economische reden: Kooplui concurreerden onderling zoveel dat de prijs van specerijen inzakte. Dat was voor niemand goed.

Politiek-bestuurlijke reden: Er was een oorlog gaande met Spanje en dan moest je samenwerken, ook in de handel.

Kaapvaart en Manhattan
  • De Nederlanders wilden ook naar West-Afrika en Amerika. Daarom werd in 1621 de West-Indische Compagnie (WIC) opgericht
  • Net zoals de VOC ontving de WIC het monopolie van de Staten-Generaal op de handel in deze gebieden.
  • Naast handelen ontving de WIC ook het recht om andere (handels)schepen te kapen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kaapvaart en Manhattan
  • In 1624 bouwde de WIC op het eiland Manhattan het fort Nieuw Amsterdam.
  • Een handelsfactorij waar uit gehandeld kon worden met de Indianen.
  • De WIC probeerde er uiteindelijk een kolonie van te maken: Nieuw-Nederland.
  • Dit mislukte en uiteindelijk ruilde de WIC Nieuw-Nederland voor Suriname met de Engelsen.
  • Nieuw-Amsterdam werd New-York.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Brazilië en slavenhandel
  • In 1630 veroverde de WIC Portugees Brazilië, inclusief de slavenplantages.
  • De WIC nam de plantages over en had hiervoor slaven nodig om op te werken.
  • Fort El Mina in West-Afrika werd veroverd op de Portugezen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fort El Mina
  • De Portugezen ontdekten dat je op de West-Afrikaanse kust slaven kon kopen van Afrikaanse slavenhandelaren

  • Die slaven konden ze goed gebruiken voor hun suikerplantages in hun nieuwe kolonie Brazilië.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Fort El Mina

  • In Afrika werden krijgsgevangen al eeuwen als slaaf verhandeld. Ver voordat Europeanen Afrika überhaupt hadden bereikt.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De driekhoekshandel
  • De WIC bleef actief in de trans-Atlantische slavenhandel.

  • Vanuit de Republiek gingen schepen met wapens, goud/zilver naar West-Afrika, hier werden ze geruild voor slaven die naar Amerika werden gebracht. Vanuit Amerika gingen de schepen terug naar de Republiek met katoen, suiker, tabak en koffie. Dit noemen we de driehoekshandel.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan boord van een slavenschip

  • Vervoer en behandeling van de tot slaaf gemaakten was vreselijk
  • Ze werden vaak naakt en geketend aan elkaar vervoerd
  • Onhygiënische en ziekmakende omstandigheden leidden vaak tot de dood
  • Dode tot slaaf gemaakten werden, zonder enige vorm van respect, overboord gegooid.
  • Een slavenschip kon je soms op 5 zeemijlen (9 kilometer) afstand ruiken







Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geen gewetensbezwaren
  • Tot slaaf gemaakte werden volledig ontmenselijkt  
  • Slavernij systematisch gebaseerd op huidskleur 
  • Christenen redeneren dat mensen met een donkere huiskleur 'geen ziel hebben' en dus niet als mens beschouwd hoeven worden 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten maken
Leerboek: 68 en 69 
Werkboek: 102 en 103 

Opdrachten:
53, 54, 55, 57 en 58 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Datum:
Vak: Geschiedenis
Je weet waarom de VOC werd opgericht en welke gevolgen dit had voor de Republiek op economisch en politiek gebied 
Je weet waarom de WIC werd opgericht en waardoor de Trans-Atlantische slavenhandel werd opgericht 
- Herhaling VOC 
- Oprichten WIC, fort El Mina, Slavenhandel 
maken opdrachten bij paragraaf 3.4
Is het gelukt met de opdrachten? Welke leerstof moet herhaald worden
Geen :)

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Je weet waarom de WIC werd opgericht en waardoor de Trans-Atlantische slavenhandel werd opgericht 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Brazilië en slavenhandel
  • In 1630 veroverde de WIC Portugees Brazilië, inclusief de slavenplantages.
  • De WIC nam de plantages over en had hiervoor slaven nodig om op te werken.
  • Fort El Mina in West-Afrika werd veroverd op de Portugezen.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fort El Mina
  • De Portugezen ontdekten dat je op de West-Afrikaanse kust slaven kon kopen van Afrikaanse slavenhandelaren

  • Die slaven konden ze goed gebruiken voor hun suikerplantages in hun nieuwe kolonie Brazilië.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereldhandel en concurrentie
  • Met de moedernegotie, de VOC en de WIC verbond de Republiek de economieën van Europa, Azië, Afrika en Amerika. Zo ontstond er een wereldeconomie.

  • In de loop van de zeventiende eeuw begon de concurrentie toe te nemen voor de Republiek. Met name vanuit Engeland kwam dreiging. Bijvoorbeeld door de Acte van Navigatie (1651).

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plantagekolonie Suriname
  • Suriname werd de grootste plantagekolonie van de Republiek.
  • Op de grote plantages woonde de plantagehouder in een groot huis. Daarnaast leefden er in kleine hutjes tot soms wel 250 slaven.
  • Er waren slaven die ontsnapte en een leven begonnen in de jungle. Zij worden 'marrons' genoemd. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

KetiKoti
  • Pas op 1 juli 1863 (officieel 1873) wordt slavernij afgeschaft 
  • Slavenhouders werden gecompenseerd voor het verlies
  • Contractarbeiders uit Nederlands-Indië gaan werken op de plantages 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten maken
Leerboek: 
Werkboek: 

Opdrachten maken: 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies