3.1

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

In welk vak van de
schijf van vijf
staat bloemkool?
A
Blauw
B
Groen
C
Oranje
D
Rose en Geel

Slide 3 - Quizvraag

Van welke groep van de schijf van vijf heb je het minst nodig?
A
Groente en fruit
B
Boter en olie
C
Vocht
D
Brood, aardappelen, rijst en pasta

Slide 4 - Quizvraag

welke voedingsmiddelen horen niet bij de schijf van vijf?
A
gefrituurde kipstukjes
B
appelmoes
C
appels
D
gebakken kip stukjes

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Deze voedingstoffen behoren tot:
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Water

Slide 8 - Quizvraag

Deze voedingstoffen behoren tot de:
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Water

Slide 9 - Quizvraag

Deze voedingstoffen behoren tot de:
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Water

Slide 10 - Quizvraag

Deze voedingstoffen behoren tot de:
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Water

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

0

Slide 15 - Video

Waarmee ruik je?
Lucht-> Neusholte-> Reukzintuig -> Hersenen

Neus en tong en hersenen werken samen

Slide 16 - Tekstslide

Hoe beoordeel je voedsel?
  • Ogen
  • Koudezintuigen
  • Warmtezintuigen
  • Tastzintuig

Slide 17 - Tekstslide

geur 
ruiken 
neus 
licht 
smaak 
aanraking
geluid 
voelen
zien
horen 
proeven
huid 
tong 
oog
oor 

Slide 18 - Sleepvraag

0

Slide 19 - Video

Wie kunnen er beter proeven?
A
Mannen
B
Vrouwen

Slide 20 - Quizvraag

De smaak zoet betekent
A
Mineralen
B
Energie
C
Gevaarlijk

Slide 21 - Quizvraag

Waarom is het belangrijk dat vrouwen beter kunnen proeven dan mannen?

Leg uit

Slide 22 - Open vraag

De smaak bitter betekent
A
Energie
B
Onrijp
C
Giftig
D
Verrot

Slide 23 - Quizvraag

3.3 Frisdranken

Slide 24 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

Wat hebben we geleerd vorige les?                                           5 min
Huiswerk checken opdrachten 3.2                                          10 min
Zelfstandig lezen 3.3                                                                      5 min
Uitleg 3.3 frisdranken                                                                   5 min
Uitleg zuurtegraad                                                                         5 min   
        

Slide 25 - Tekstslide

Voor welke smaken is je tong gevoelig?
A
Zoet, zout, zuur
B
Zoet, zout, zuur, warm en koud
C
Zout, zout, zuur, bitter en hartig
D
Zout, zout, zuur, bitter hartig, warm en koud

Slide 26 - Quizvraag

Je voorkeur voor eten kan tijdens je leven niet veranderen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Wat zit er in frisdrank
Ingredienten 
water 
suiker/ zoetstof       = zoete smaak
aroma                          = geur- of smaakstof
extracten                   = ingedikte sappen van delen van planten
voedingszuren        = frisse smaak en houdbaarheid

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Zuurgraad
Zure oplossingen pH 0-5 -> accuzuur, maagzuur, azijn, sinas
Neutrale oplossingen pH 6-8 -> water
Basische oplossingen pH 8-14 -> zeepsop, shampoo, ammonia

Slide 30 - Tekstslide


Zelfstandig lezen rest van 3.3                                                     10 min
Uitleg 3.3 frisdranken                                                                      10 min
Uitleg zuurtegraad                                                                          10 min  
Filmpje over voedingsstoffen                                                      15 min

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Zuurgraad

Slide 33 - Tekstslide

hoeveel suiker zit er in frisdrank?

Slide 34 - Tekstslide

Indicator

Slide 35 - Tekstslide

Indicatoren
stof waarmee je kunt nagaan dat een andere stof aanwezig is
zwangerschapstest
drugstest (Douane)
luminol (Politie)


Slide 36 - Tekstslide

Wat geeft de pH van een vloeistof aan?

Slide 37 - Open vraag