dag 1 woensdag

woordenschat: thema 1 kennismaken
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

woordenschat: thema 1 kennismaken

Slide 1 - Tekstslide

populair
  • als iets of iemand door veel mensen leuk gevonden wordt;
  • als iets of iemand door veel mensen mooi of goed gevonden wordt.
  • Zin: Messi is populair. Veel mensen vinden hem een goede voetballer.

Slide 2 - Tekstslide

het plezier
  • het gevoel wat je hebt als je blij bent;
  • het gevoel wat je hebt als je iets leuk vindt;
  • Zin: Wij hebben altijd veel plezier op school. We leren veel en doen leuke dingen.

Slide 3 - Tekstslide

saai
  • als je iets of iemand niet interessant vindt;
  • als je geen plezier hebt;
  • als je niets te doen hebt;
  • zin: Soms is het saai op school, elke dag is hetzelfde. 
  • zin: De voorstelling vond ik niet leuk, het was saai, ik kon er niet om lachen.

Slide 4 - Tekstslide

samenwerken (werkwoord)
  • met andere mensen aan hetzelfde werken;
  • werkwoord: ik werk samen,            hij werkt samen, wij werken samen
  • Zin: Soms mogen wij op school samenwerken. Dan maken wij het werkblad niet alleen.

Slide 5 - Tekstslide

de sfeer
  • het gevoel wat je hebt als je met mensen samen bent
  • het gevoel wat je hebt als je in een ruimte bent
  • de sfeer kan goed of slecht zijn
  • zin: De sfeer in onze klas is goed. We werken goed samen aan onze opdrachten en hebben plezier.

Slide 6 - Tekstslide

Maak de zin af:
Ik heb vaak plezier bij............

Slide 7 - Open vraag

In welke zin wordt het woord
saai
goed gebruikt?
A
Wij lachen veel in de klas. Het is altijd saai.
B
Als wij sport hebben, werken wij goed samen. Dat is altijd saai.
C
Ik ken alles al wat de docent mij vertelt. Ik vind het vaak saai in de klas.
D
Ik heb altijd wat te doen in mijn vrije tijd. Ik vind het saai.

Slide 8 - Quizvraag

Op de foto werken de
kinderen samen.
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quizvraag

In welke zin wordt het woord
populair
goed gebruikt?
A
Als je populair bent, weten veel mensen wie jij bent.
B
Als je populair bent, weten weinig mensen wie je bent.
C
Als je populair bent, weten een paar mensen wie je bent.

Slide 10 - Quizvraag

Maak een zin met het woord:
de sfeer

Slide 11 - Open vraag

Opdracht: welk woord hoort in de zin?
Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Slide 12 - Tekstslide

Mijn voetbalteam speelt goed. Wij kunnen goed..........

Slide 13 - Open vraag

Hoe is de............ in jouw klas? Bij ons is het goed. Wij hebben het leuk.

Slide 14 - Open vraag

Op zondag weet ik nooit wat ik moet doen. Ik vind zondag altijd.....

Slide 15 - Open vraag

Onze docent is ........... Iedereen weet wie zij is!

Slide 16 - Open vraag

Wij hebben veel ............ gehad vandaag. We hebben allemaal leuke dingen gedaan.

Slide 17 - Open vraag

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.

De woorden: het plezier, populair, saai, samenwerken, de sfeer

Slide 18 - Tekstslide