BK wk 49 3 Tiptoets 6 1 tm 10; quiz herh PWW-stof
1 / 18
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke 2 nieuwe manieren heb je geleerd om de persoonsvorm te vinden?
Slide 2 - Open vraag
Wat is de persoonsvorm in de zin:
In zijn vrije tijd gaat Kees graag crossfietsen.
In zijn vrije tijd gaat Kees graag crossfietsen.
Slide 3 - Open vraag
Welke pv vt is goed geschreven?
A
Het gevaarte suizde met grote snelheid naar beneden
B
De buitenlamp verlichte nu het donkere paadje
C
Hij bofte maar met zo'n lief hondje.
Slide 4 - Quizvraag
In welke zin is de pv tt goed geschreven?
A
Verbiedt je vader je wel eens iets?
B
Wat betekend dat moeilijke woord?
C
D
Ik weet dat je het zo niet bedoeldt.
Slide 5 - Quizvraag
'Veel mensen zijn bij Esso het afgelopen jaar ontslagen.'
Welke werkwoordsvorm is 'ontslagen' ? Hoe weet je dat?
Welke werkwoordsvorm is 'ontslagen' ? Hoe weet je dat?
Slide 6 - Open vraag
Noem 7 stappen in de juiste volgorde als je een tekst oriënterend gaat lezen?
Slide 7 - Open vraag
'Het hart op de tong hebben.'
Hoe noem je dit taalgebruik? wat betekent deze uitdrukking?
Hoe noem je dit taalgebruik? wat betekent deze uitdrukking?
Slide 8 - Open vraag
Noem 6 tekstsoorten.
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Welke tekstvorm is dit?
A
handleiding
B
achtergrond artikel in een tijdschrift;
C
instructie;
D
brochure ;
Slide 11 - Quizvraag
Tot welke tekstsoort behoort een brochure?
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
De tekstvorm "Duits vliegtuig...' is een:
A
krantenbericht
B
artikel in krant
C
advertentie
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Welke tekstvorm herken je? Welk leesdoel hoort hierbij?
A
Krantenbericht; informeren
B
ingezonden brief; overtuigen
C
reclame; overhalen
Slide 16 - Quizvraag
Welke pv is goed geschreven?
A
Het gevaarte suizde met grote snelheid naar beneden
B
De buitenlamp verlichte nu het donkere paadje
C
Hij bofde maar met zo'n lief hondje.
D
Werd hij wel goed verzorgd?
