Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
01-11 Test werkwoordspelling
Test werkwoordspelling
1 / 41
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
41 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Test werkwoordspelling
Slide 1 - Tekstslide
01. Als gevolg van de storm liggen er veel (omwaaien) bomen op de weg.
A
omgewaaide
B
geomwaaide
C
geomwaaidde
D
omgewaaidde
Slide 2 - Quizvraag
02. Gisteren (rijden) er geen treinen tussen Hengelo en Almelo.
A
rijdden
B
reedden
C
reden
D
rijden
Slide 3 - Quizvraag
03. Het oude Egypte (worden) vroeger door drie landen (begrenzen).
A
werden, begrensd
B
werd, begrensd
C
werden, begrenst
D
werd, begrenst
Slide 4 - Quizvraag
04. De (teleurstellen) leerling liep boos het lokaal uit.
A
geteleursteldde
B
teleurgesteldde
C
teleurgestelde
D
geteleurstelde
Slide 5 - Quizvraag
05. Het document (worden) morgen op school (bezorgen).
A
werd, bezorgd
B
word, bezorgt
C
werd, bezorgt
D
wordt, bezorgd
Slide 6 - Quizvraag
06. Het land (uitdrogen) als er de komende weken geen regen (vallen).
A
Droogde uit, viel
B
Droogt uit, valt
C
Droogde uit, viel
D
Droogt uit, viel
Slide 7 - Quizvraag
07. De snelle aanvaller (worden) in de laatste wedstrijd door een tegenstander (vloeren).
A
werd, gevloert
B
werd, gevloerd
C
wordt, gevloerd
D
wordt, gevloert
Slide 8 - Quizvraag
08. In het verleden (haten) dit volk de president.
A
hate
B
haatte
C
haten
D
haatten
Slide 9 - Quizvraag
09. Vorig jaar (vellen) de boswachter alle dode bomen.
A
velde
B
velte
C
velt
D
vellde
Slide 10 - Quizvraag
10. De krant (vermelden) dat de koning binnenkort (aftreden).
A
vermeld, aftreedt
B
vermeld, aftreed
C
vermeldt, aftreed
D
vermeldt, aftreedt
Slide 11 - Quizvraag
11. (Vinden) je vriend die toetsen ook zo moeilijk?
A
Vindt
B
Vind
C
Vond
D
Vondt
Slide 12 - Quizvraag
12. Afgelopen winter (bewerken) hij het rapport en in het afgelopen voorjaar (leveren) hij het in.
A
bewerkt, levert in
B
bewerkte, leverde in
C
bewerktte, leverde in
D
bewerkt, leverde in
Slide 13 - Quizvraag
13. De docent (verwijderen) gisteren alle Wordbestanden.
A
verwijdert
B
verwijderte
C
verwijderde
D
verwijderden
Slide 14 - Quizvraag
14. Hij (verprutsen) tijdens de laatste toetsweek alle technische toetsen.
A
verprutste
B
verprutsten
C
verprutstte
D
verprutstten
Slide 15 - Quizvraag
15. In de zomer (drinken) ik altijd graag een goed (koelen) glas witte wijn.
A
dronk, gekoeld
B
drink, gekoeld
C
drink, gekoelde
D
dronk, gekoelde
Slide 16 - Quizvraag
16. Welke docenten (begeleiden) vorig jaar die excursie?
A
begeleedden
B
begeleden
C
begeleiden
D
begeleidden
Slide 17 - Quizvraag
17. Mijn zusje (branden) gisteravond haar vingers aan de hete pan.
A
brande
B
brand
C
brandde
D
brante
Slide 18 - Quizvraag
18. De kok (braden) iedere dag ongeveer twintig schnitzels.
A
braad
B
braadt
C
brade
D
braadde
Slide 19 - Quizvraag
19. De afgelopen jaren (verbouwen) Marijke Helwegen haar hele gezicht.
A
verbouwde
B
verbouwte
C
verbouwden
D
verbouwten
Slide 20 - Quizvraag
20. Mijn jongste zoon (speelt) alle grote buitenlandse toernooien.
A
speel
B
speelde
C
speelte
D
speelt
Slide 21 - Quizvraag
21. De jonge vertegenwoordiger heeft zijn auto (huren).
A
gehuurt
B
gehuurd
C
gehurd
D
gehurt
Slide 22 - Quizvraag
22. De bekende Hagenaar (promoten) al jaren de dartsport.
A
promote
B
promoote
C
promoot
D
promoten
Slide 23 - Quizvraag
23. De laatste tien jaren (barbecueën) ik altijd op de laatste schooldag met mijn klas, maar nu (waterskiën) ik met ze.
A
barbecuede, waterski
B
barbecuede, waterskiede
C
barbecueden, waterskiden
D
barbecue, waterski
Slide 24 - Quizvraag
24. In 1990 (beloven) de waarzegster hem een gouden toekomst.
A
beloofden
B
beloovde
C
beloofde
D
beloovden
Slide 25 - Quizvraag
25. De student (eten) iedere avond twee zakken chips.
A
eten
B
ate
C
at
D
eet
Slide 26 - Quizvraag
26. Drie weken terug (melden) de docent de afwezigheid van de leerling bij de ambtenaar.
A
meldde
B
meldden
C
melde
D
melden
Slide 27 - Quizvraag
27. Toen het baby’tje (vallen), (krijsen) het luid.
A
valde, krijste
B
viel, krijste
C
viel, krijsten
D
valde, krijsten
Slide 28 - Quizvraag
28. De afgelopen winter (schilderen) ik de zolder en mijn vrouw heeft het houtwerk (verven).
A
schildert , geverfd
B
schilderte, geverft
C
schilderde, geverfd
D
schilder, geverft
Slide 29 - Quizvraag
29. Terwijl hij (googelen), (zeggen) de jongen: ‘Internet is je beste vriend’.
A
googelte, zei
B
googelte, zegt
C
googelde, zegt
D
googelde, zei
Slide 30 - Quizvraag
30. Gisterochtend (loodsen) de kapitein de oceaanstomer veilig de haven binnen.
A
lootste
B
loodsde
C
loodste
D
lootsten
Slide 31 - Quizvraag
31. Hij (lunchen) pas om drie uur.
A
lunchde
B
luncht
C
lunchten
D
lunchden
Slide 32 - Quizvraag
32. (Bereiden) je moeder het eten altijd of (doen) jij dat?
A
Bereidt, doe
B
bereid, doe
C
Bereidde, deed
D
Bereide, deed
Slide 33 - Quizvraag
33. Mijn vader (ontploffen) altijd, als ik een grapje (maken) over zijn (vergroten) pasfoto.
A
ontplofte, maakte, vergrootte
B
ontplofte, maakte, vergrote
C
ontploft, maak , vergrote
D
ontplofte, maakte, vergrootte
Slide 34 - Quizvraag
34. Gisteren (downloaden) het meisje een aantal films van YouTube.
A
downloaden
B
download
C
downloadde
D
downloadden
Slide 35 - Quizvraag
35. Hij heeft de opdracht nader (toelichten).
A
toegelicht
B
toegelegd
C
toegelichd
D
toegelichte
Slide 36 - Quizvraag
36. Wat (vinden) je van het (citeren) boek.
A
vind, geciterde
B
vind, geciteerde
C
vindt, geciteerde
D
vindt, geciteerte
Slide 37 - Quizvraag
37. Afgelopen maandag (gaan) we naar een pretpark.
A
gaan
B
gingen
C
gaande
D
ging
Slide 38 - Quizvraag
38. Vorige week (genieten) we van een weekje herfstvakantie.
A
genoten
B
genieten
C
genietten
D
genootten
Slide 39 - Quizvraag
39. Nu (sporten) ik in de sportschool.
A
sport
B
sportte
C
spoort
D
spoortte
Slide 40 - Quizvraag
40. Mijn moeder (koken) vandaag Aziatisch.
A
kook
B
kok
C
kokt
D
kookt
Slide 41 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Les 10 - Werkwoordspelling A (TT, VT, VLT)
Maart 2021
- Les met
48 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Oefentoets werkwoordspelling
Juni 2023
- Les met
44 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Oefening werkwoordspelling
Januari 2023
- Les met
43 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
oefenzinnen werkwoordspelling (1)
November 2021
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3,4
Lockdown Les 2b: Herhalen en oefenen werkwoordspelling H2B: pv, stam/ik-vorm
Januari 2021
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Werkwoordspelling verleden tijd
Maart 2024
- Les met
44 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
NN1 les 8 Werkwoordspelling verleden tijd
September 2022
- Les met
49 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
HV1 - werkwoordspelling H27 , 28 en 29
April 2023
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1