...kun je vertellen wat je van schoolvakken vindt.
...ken je woorden die te maken hebben met cijfers en schoolvakken.
Slide 4 - Tekstslide
Paragraaf E
Doel: ken je woorden die te maken hebben met schoolvakken en hoe je iemand vindt.
Hier hebben jullie kennisgemaakt met spreken over hoe je iemand vindt. Maak eens volgend dialoogje in twee- dan wel drietallen.
A B
Qui est ton prof de ..... (kies zelf een vak) C'est madame/monsieur .... (naam leraar).
Il/Elle est sympa? Oui/Non, il/elle est ........ (geef antwoord)
Slide 5 - Tekstslide
Paragraaf F
Doelen: ken je woorden die te maken hebben met cijfers en schoolvakken.
Spel: jeu les matières
Wie kent de meeste schoolvakken in het Frans. Schrijf voor jezelf op hoeveel jij denkt op te kunnen noemen in 30 seconden. Werk in twee- of drietallen. Diegene die de meeste denkt te weten, begint. Lukt het jou om jouw aantallen te halen?
Succes!
timer
0:30
Slide 6 - Tekstslide
Paragraaf G
Doel: kun je vertellen wat je van schoolvakken en docenten vindt.
Beschrijf eens aan de hand van het onderstaande plaatje in 4 zinnen wat die persoon van het vak vindt, wat zijn cijfer op dat vak is, wie dit vak geeft en hoe die docent is.
Slide 7 - Tekstslide
Paragraaf H: bez. vnw
Doelen: kun je het bezittelijk voornaamwoord gebruiken.
Nog even kort herhalen, wat was ook alweer het bezittelijk voornaamwoord?
Slide 8 - Tekstslide
Au travail!
Jullie gaan nu de volgende oefeningen maken:
- ex. 23a
- ex. 24a, b, c, d
- ex. 25
- ex. 26a, c, d
Klaar?
- Werkblad bezittelijk voornaamwoord
timer
15:00
Slide 9 - Tekstslide
Afsluiting
Vertel eens in één zin welke schoolvakken jij hebt op een dag.
Noem het rijtje van 'jouw' eens op.
Slide 10 - Tekstslide
Les devoirs
Maken voor de volgende les:
-werkblad bezittelijk voornaamwoord
Apprendre voor luistertoets
- Voca A, B, E, F p.130-131
25 maart (onder voorbehoud) luistertoets en oefentoets: Leer hier dus goed voor.
Slide 11 - Tekstslide
Blooket E en F
Laten we nu even de vocabulaire van paragraaf E en F oefenen via Blooket.