HOE sterk is water (in al zijn facetten)

Water
1 / 78
volgende
Slide 1: Tekstslide
ICTBuitengewoon secundair onderwijs

In deze les zitten 78 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Water

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk je aan bij water?

Slide 2 - Woordweb

Blauw
Veel
Drijven/zinken
Zuiveren
voetafdruk
Vormen (vriezen, koken...)
Wist je dat?!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

... ons lichaam uit veel % uit water bestaat, maar voor hoeveel % is dat?
A
35 %
B
55%
C
65%
D
85%

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

... we heel wat water verspillen waar we op kunnen besparen.
Hoeveel water denk je dat er per minuut door de kraan stroomt als hij openstaat?
A
1,5 l
B
3,5 l
C
5,5 l
D
7,5 l

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

... een boom per dag heel wat water verdampt. Maar hoeveel liter is dat dan ongeveer?
A
65 L
B
165 L
C
265 L
D
465 L

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

... bevroren water een ander gewicht heeft dan vloeibaar.
A
Minder
B
Meer

Slide 7 - Quizvraag

Ongeveer 9% minder
... we op één dag heel wat water gebruiken, ongeveer 120 liter per persoon.
Wat is de grootste waterverbruiker van de volgende?
A
Wasmachine
B
Afwasmachine
C
Toilet
D
Douchen

Slide 8 - Quizvraag

Wasmachine (50l)
Vaatwasmachine (16 l)
Toilet (10 l)
Douche (45 - 70 l)
Water: een noodzaak voor het leven!

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke dieren leven in of rond het water?

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel dagen kunnen we zonder water voor het dodelijk wordt?
A
30 dagen
B
3 dagen
C
1 dag
D
10 dagen

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan een gevolg voor ons lichaam zijn als we te weinig vocht opnemen?

Slide 13 - Open vraag

stroperig bloed
organen die uitvallen
Wat gebeurt er met ons lichaam als we teveel water drinken?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: verbinden

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oplossing

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eigenschappen van water

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefjes
Afspraken
1. We houden het rustig!
2. We hebben respect voor de materialen.
3. We werken leuk samen bij GP's.
4. We werken rustig op onze eigen plek bij IP's.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 1: eigenschappen van water (GP)
Benodigdheden
• Glas water
• Bokalen/kommetjes in verschillende vormen
• Ijsblokjes
• Waterkoker
Stappen
1. Ruik aan het glas water.
2. Leg een paar ijsblokjes in een kommetje en giet het kokend water in een glas, vergelijk de verschillende kleuren water.
3. Giet het water in verschillende kommetjes/bokalen.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koken alle vloeistoffen bij 100°C en vriezen alle vloerstoffen bij 0°C?
A
Ja
B
Ik weet het niet
C
Nee

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 2: wat kan je mengen met water?
Benodigdheden
• Glas
• Een lepel
• Ingrediënten: peper, cacao, zout, olie, grenadine
Stappen
1. Vul een glas tot de helft met water.
2. Voeg een voor een beetje van het ingrediënt toe aan het glas met water, meng dit met de lepel en laat even rusten.
3. Kijk of het ingrediënten mengt met het water.
4. Omcirkel de ingrediënten die je kan mengen met water.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 3: is water gelijk aan nat worden?
Benodigdheden
• Een glas water
• Een potje
• Peper
Stappen
1. Vul een glas met water en zet het op een vlakke ondergrond.
2. Zorg dat het water ‘stil ligt’.
3. Strooi voorzichtig gemalen peper op het water, beweeg het glas niet.
4. Steek heel langzaam je vinger een klein stukje in het water.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 4: communicerende bekers
Benodigdheden
• 3 kleuren kleurstof
• 5 bekers & 5 papieren doekjes
Stappen
• Vul 3 bekers voor 1/3 met water.
• Doe in elke beker met water een beetje van een soort kleurstof.
• Plaats de 5 bekers zoals hieronder op de foto.
• Plooi de papieren doekjes dubbel.
• Steek de papieren doekjes in de bekers zoals hieronder.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat nemen jullie mee van vandaag? Wat hebben jullie geleerd?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vond je de les?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De waterkringloop

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het water op de aarde wordt steeds opnieuw gebruikt.
Hoe noemen we dit?
A
Het regenseizoen
B
De waterkringloop
C
De kringloopwinkel

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waardoor wordt het water verwarmd op de aarde?
A
De zon
B
De bodem
C
De maan

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet het proces als vloeibaar water veranderd in gas?
A
Rijpen
B
Verdampen
C
Condenseren
D
Sublimeren

Slide 33 - Quizvraag

condenseren = van gas naar vloeibaar
Wat zie je tegen het raam?
A
Verdamping
B
Ijs
C
Condens

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zien we in de ochtend als waterdamp terug vloeibaar wordt
(= condensatie)
A
Dan regent het.
B
Dan hagelt het.
C
Dan sneeuwt het.
D
Dan is het mistig.

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als water heel snel bevriest, ontstaan er...
A
Regendruppels
B
Kristallen
C
Sneeuwvlokken
D
Hagelbollen

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: 

lees de tekst en vul de ontbrekende woorden in.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geef voorbeelden waar je water kan vinden in de natuur en dus ook verdamping uit kan ontstaan.

Slide 38 - Woordweb

Oceaan
zee
rivier
meer
vijver
beekje
Welke vormen van neerslag
bestaat er allemaal?

Slide 39 - Woordweb

regen
sneeuw
motregen
hagel
ijzel
mist
Opdracht
Proces waterkringloop

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefjes!
1. De waterkringloop
2. Zelf regen maken
3. Zoet of zout water

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 1: de waterkringloop
Benodigdheden
- 2 glazen potten
- 2 deksel
- Ijsblokjes
- 100 ml warm water (uit de kraan)
- 100 ml kokend water
- Waterkoker

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappen
1. Vul een waterkoker tot de helft met water.
2. Zet de waterkoker op zodat het water gaat koken.
3. Zet een pot op tafel (platte ondergrond).
4. Vul de pot met een laagje warm water van ongeveer 3 centimeter. Hoe heter het water is, hoe sneller het proefje gaat.
5. Leg de deksel nu ondersteboven op de bovenkant van de pot.
6. Stapel de ijsblokjes op de deksel.
7. Nu is het tijd om rustig te kijken naar wat er gebeurt.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen
• Wat gebeurt er in de pot?
• Kan dit proefje ook met koud water?
• Waarom denk je van wel of niet?

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 2: maak zelf regen
Benodigdheden
- Koelkast
- Klein spiegeltje
- Theeglas
- Warme water (waterkoker)

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappen

1. Leg voor je begint het spiegeltje in de koelkast (minstens 10 minuten).
2. Vul een waterkoker met water en laat het water koken.
3. Vul een kopje met warm water.
4. Leg het met de spiegelende kant naar beneden op het kopje.
5. Tel nu rustig tot 10 en haal de spiegel na 10 seconden van het glas.

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen
• Wat ontstaat er op het spiegeltje?
• Hoe komt dit?

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 3: zout of zoet water
Benodigdheden
- 2 kookpotjes
- Fornuis
- Zout water
- Zoet water (uit de kraan)

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappen
1. Doe het zoutwater in het kookpotje en het ander zoetwater in een ander kookpotje.
2. Plaats de kookpotjes op het fornuis en laat dit verwarmen op een middelhoog vuur.
3. Laat het water verdampen.

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraagjes
• Wat gebeurt er in de kookpotten?
• Waarom is regen van zoet water en niet van zout water?

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drijven en zinken

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 53 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Proefjes
1. Drijven of zinken?
2. De drijftest
3. Waarom zinkt het niet?

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 1: drijven of zinken?
Benodigdheden
- Glas water
- Voorwerpen: paperclip, kurk, steentje, stukje spons, eurocent

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappen
1. Overloop alle voorwerpen en denk na of ze gaan zinken in het water of blijven drijven op het water.
2. Vul jou antwoord in bij het onderdeel ‘voor de test’.
3. Test de voorwerpen één voor één door ze in het glas te leggen.
4. Kijk of het voorwerp zingt of drijft.
5. Vul het juiste antwoord in en kruis dit aan
 bij het onderdeel ‘na de test’.

* Kijk in de klas rond en zijn er nog dingen die je wilt testen?


Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 2: de drijftest
Benodigdheden
- Maatbeker met warm water
- Een gekookt eitje
- Zout
Stappen
1. Vul de maatbeker tot 2/3de met water.
2. Leg het ei in de maatbeker en kijk wat er gebeurt.
3. Voeg nu keukenzout aan het water toe tot er beweging komt in het eitje.
(Roer eventueel om het zout beter op te lossen.) en kijk wat er gaat gebeuren.
4. Herhaal dit experiment voor de schroef, de kurk en eventueel andere voorwerpen.



Slide 57 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 3: waarom zinkt het niet?
Benodigdheden:
- 2 maatbekers met water
- Aluminiumfolie
- Materialen: paperclips, centjes…
- Paperclips
- Weegschaal

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappen
1. Scheur een stukje aluminiumfolie af.
2. Vouw de folie zo klein mogelijk, druk alle lucht eruit door er even op te gaan staan.
3. Leg het propje folie in het water en kijk wat er gebeurt.
4. Neem een nieuw stukje folie.
5. Leg het voorzichtig in de bak met water, zorg dat er geen water opkomt of vouw er een bakje van en leg deze voorzichtig in het water. Kijk wat er gebeurt?
6. Kan je nu ook paperclips, of eurocenten laten drijven op het water in het bakje?

Slide 59 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontdekkingen
- Wat gebeurt er als je het propje aluminiumfolie in het water legt?
Zinkt – drijft – zweeft
- Wat gebeurt er met het velletje/bakje aluminiumfolie als je het in het water legt?
Zinkt – drijft – zweeft
- Met wat heeft dit te maken?
Vorm – gewicht – grootte – materiaal

Slide 60 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: theorie
- Een voorwerp ………………………………………….in een vloeistof als de dichtheid van de vloeistof groter is dan de dichtheid van het voorwerp.
 
- Als de dichtheid van het voorwerp groter is dan die van de vloeistof, dan zal het voorwerp ………………………………………………..

- Als de dichtheden precies gelijk zijn, zal het voorwerp ………………………………………………... Deze laatste toestand is moeilijk te verwezenlijken.

Slide 61 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke aspecten hebben een belangrijke rol bij het drijven of zinken van voorwerpen?

Slide 62 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waterzuivering

Slide 63 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 64 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 65 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
1. Sproeistoffen vanuit de landbouw
2. Vervuiling van de industrie
3. Riolen met huishoudelijk afvalwater
4. Lozing gezuiverd water
5. Regenwaterleidingen
6. Stikstof landbouw

Slide 66 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 67 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 68 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 69 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 70 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefjes

1. Waterzuiveringssysteem maken
2. Waterzuiveringssysteem 2.0 

Slide 71 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 1
Probeer het vuile water te zuiveren zodat je zuiver water verkrijgt. 

Benodigdheden
• Leeg plastiek flesje
• Kleine stenen
• Grotere stenen
• Zand
• Potje
• Vies water

Slide 72 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hypothese

Slide 73 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 74 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefje 2
Benodigdheden

• Fles
• Schaar
• Koffiefilter
• Watten
• Fijn zand
• Steentjes
• Modderwater
• Afwaswater

Slide 75 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappen
1. Knip de fles 15 cm onder de opening in twee.
2. Zet het bovenstuk van de fles ondersteboven in het onderstuk.
3. Leg in het bovenstuk eerst een koffiefilter, dan een laag watten, daarop een laag fijn zand en daarop wat steentjes.
4. Zo, je waterfabriek is klaar.

Slide 76 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontdekkingen

- Giet het modderwater door de fles. Hoe ziet het gefilterde water eruit?
………………………………………………………………………………………………………………………………………
- Giet het afwaswater door de waterfles. Hoe ziet het gefilterde water eruit?
………………………………………………………………………………………………………………………………………
- Hoe ruikt het gefilterde water?
………………………………………………………………………………………………………………………………………

Slide 77 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vond je het thema?
(vb. leerrijk, leuk, minder interesse voor...)

Slide 78 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies