Gedrag, Gevoel, Gevolg, Gewenst.
Goed formuleren, niet te aanvallend.
Bijvoorbeeld: 'Ik zie dat je voor een hygiënische handeling nog niet op de juist wijze handhygiëne toepast. Ik maak me er zorgen over en merk dat ik het lastig vind om dit tegen je te zeggen.
Ik zeg het je wel omdat ik weet dat het gevaarlijk kan zijn voor zowel de bewoners als voor jou, omdat de kans op verspreiding van bacteriën zo heel groot is. Ik hoop dat je de volgende keer er aan denkt dat je je handen desinfecteert voor een hygiënische handeling.