2h Startles/1.1 Fictie

Welkom bij de eerste les Nederlands!
mevr. Sweet

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij de eerste les Nederlands!
mevr. Sweet

Slide 1 - Tekstslide

Even voorstellen

Slide 2 - Tekstslide

IK
NAAM
LEEFTIJD
HOBBY/SPORT
VAKANTIELAND
TOEKOMSTDROOM/WENS

Slide 3 - Tekstslide

Nederlands

Slide 4 - Woordweb

Wat vond je vorig jaar het
makkelijkst bij Nederlands?

Slide 5 - Open vraag

Wat vond je vorig jaar het
moeilijkst bij Nederlands?

Slide 6 - Open vraag

Wat hoop je dit jaar te leren?

Slide 7 - Open vraag

Programma van dit jaar
Je vindt een overzicht in Magister en Teams. 

Veel blijft hetzelfde:
  • Lezen 
  • Schrijven 
  • Taalverzorging (grammatica en spelling)
  • Presenteren 



Slide 8 - Tekstslide

Wat wordt er anders?
  • We volgen het boek in chronologische volgorde.
  • Toetsen toetsweek: hoofdstuktoetsen (Lezen/Grammatica/Spelling) i.p.v. toets Lezen, Spelling, enz.
  • Je krijgt een cijfer voor lezen in de les.

Wat bij mij sowieso hetzelfde blijft:

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Slide 11 - Tekstslide

Start Fictie
Heb jij deze vakantie boeken gelezen? Zo ja, hoeveel? Zo nee, wat is de reden daarvoor?

Slide 12 - Open vraag

H2d - vrijdag 3 september

Slide 13 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Praatje mediatheek
  • Boek kiezen
  • Start 1.1 Fictie

Slide 14 - Tekstslide

Aanmelden Talent
Ga naar 'Leermiddelen' in Magister 
en meld je aan bij Talent.

Code: 182 928

Slide 15 - Tekstslide

Mediatheek
Informatie over lenen, verlengen, enzovoort.

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag!
Bekijk (minimaal) 7 boeken en noteer per boek:
  • Auteur en titel.
  • Waar gaat dit boek over, denk je?
  • Zou je dit boek willen lezen? Leg uit waarom wel/niet.
Geef elkaar tips!

Klaar? Lever je formulier in en begin aan je huiswerk voor dinsdag (zie Magister)
timer
20:00

Slide 17 - Tekstslide

H/V2d - dinsdag 7 september
Pak je boek/tijdschrift/krant en lees.
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

Beoordeling leesdossier
  • In principe een 10 per rapportperiode
  • Per keer niets te lezen bij je, niet lezen in de les, of niets kunnen vertellen over tekst: -1
  • Je kan je cijfer weer omhoog krijgen door met je docent een afspraak te maken voor een uurtje lezen: +1
  • Iedere eerste maandag van de maand een cijfer in Magister met weging 0, dit cijfer kan veranderen tot aan je rapport.

Dit cijfer wordt gemiddeld met een fictieopdracht en komt met weging 1 in Magister.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Theorie 1.1 Fictie

  • Beginnen aan schrijfopdracht

Slide 21 - Tekstslide

1.1 Fictie
In deze paragraaf leer je: 
  • wat het begrip vertelinstantie inhoudt en welke vormen er zijn;
  • in welke volgorde een verhaal verteld kan worden;
  • drie soorten argumenten om je mening te geven over een verhaal.

Slide 22 - Tekstslide

Theorie 'Psychisch perspectief', p.11
Perspectief(vertelinstantie): wie beleeft en vertelt het verhaal?
  • "IK" beleef en vertel mijn eigen verhaal (ik-perspectief)
  • "HIJ" of "ZIJ" beleeft, verteller vertelt zijn/haar verhaal (personaal perspectief)
  •  Verteller vertelt een verhaal en weet alles over alle personages en over alle gebeurtenissen in (auctoriaal)
  • Je leest het verhaal door meerdere ogen (meervoudig perspectief)

Fragment 'Dansen in diep water': ik-perspectief (opdracht 5).

Slide 23 - Tekstslide

Theorie 'Tijdsperpectief en vertelvolgorde', p. 12
Hoe vertel je een liefdesverhaal?
  • van het begin tot het eind = chronologische vertelvolgorde
Hoe vertel je een detective?
  • in het midden van de gebeurtenissen 
Hoe vertel je het verhaal van een bekende voetbalheld?
  • achteraf als de afloop al bekend is

'Dansen in diep water' wordt achteraf verteld, zie aanwijzingen in de tekst (opdracht 6).

Slide 24 - Tekstslide

Argumenten bij je mening
Als je je mening over een boek wilt uitleggen, maak je gebruik van argumenten. Er zijn verschillende soorten, bijvoorbeeld:
  • realistische: de werkelijkheid van het boek lijkt je wel ofniet helemaal echt
  • emotieve : Het boek grijpt je aan of niet.
  • morele: Je bent het niet eens met de normen en waarden.

Slide 25 - Tekstslide

"Ik vond de hoofdpersoon uit dit boek helemaal niet overkomen als een echt persoon."
A
Realistisch argument
B
Emotief argument
C
Moreel argument

Slide 26 - Quizvraag

"Wat mij betreft kan het echt niet hoe de twee hoofdpersonen met elkaar omgingen."
A
Realistisch argument
B
Emotief argument
C
Moreel argument

Slide 27 - Quizvraag

"Ik kon me niks voorstellen bij de blijdschap die bij de hoofdpersoon ontstond."
A
Realistisch argument
B
Emotief argument
C
Moreel argument

Slide 28 - Quizvraag

"Zou het verhaal in echt kunnen gebeuren?" is een vraag naar een...
A
Realistisch argument
B
Emotief argument
C
Moreel argument

Slide 29 - Quizvraag

"Je wordt echt aan het denken gezet door dit boek: je vraagt je af hoe je zelf zou reageren als je na een ongeluk op een onbewoond eiland terechtkwam en of je ook je vriendinnen zou verraden als het echt op overleven aankwam."
A
Realistisch argument
B
Emotief argument
C
Moreel argument

Slide 30 - Quizvraag

Tekst 3, p.13-15
Klassikaal lezen.

Slide 31 - Tekstslide

Aan de slag!
Huiswerk donderdag 9 september
1.1 Fictie: maak opdracht 10


Slide 32 - Tekstslide

H/V2b - donderdag 9 september

Slide 33 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • je eigen leestips opslaan
  • schrijfopdracht afmaken

Slide 34 - Tekstslide

Aanmelden Learnbeat
Ga naar Learnbeat en meld je aan met de volgende code: 

EGYGSZ

Slide 35 - Tekstslide

Aan de slag!
1. Maak in Learnbeat opdracht 1.1 Boekentips.
2. Maak de schrijfopdracht van Fictie af: opdracht 10, 11 en 12 (wordt beoordeeld met weging 1).
3. Lees je tekst nog eens kritisch met het beoordelingsformulier bij de hand en verbeter deze eventueel nogmaals.
4. Kopieer je definitieve tekst in Learnbeat:  2.1 Fictie 1.1: opdracht 10-12.
5. Lezen.

Slide 36 - Tekstslide