5.3 en 5.4 Herhaling

Vak: Economie 
Hoofdstuk: 5.3 en 5.4 Herhaling
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3. 
Mini-check + arrangementen
4. 
Instructie 
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Vak: Economie 
Hoofdstuk: 5.3 en 5.4 Herhaling
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3. 
Mini-check + arrangementen
4. 
Instructie 
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
Pak je boek van economie en je schrift van economie. 
Laat je boek nog even dicht op tafel liggen. 


Huiswerkcontrole:
Geen huiswerk




Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel +Leergebiedoverstijgende doelen
Aan het eind van deze les:
- heb je de theorie van 5.3 en 5.4 nog eens geoefend. 
- ken je de begrippen van 5.3 en 5.4


Leergebiedoverstijgende doelen:
Zelfstandig leren
- Je laat doorzettingsvermogen zien bij werk dat je moeilijk vindt, niet leuk vindt of wanneer je afgeleid bent/raakt. 
- Je kijkt het gemaakte werk na, verbetert waar nodig en benoemt welke onderdelen je nog moeilijk vindt. 
Reflecteren
- Je kant vertellen wat er nodig om een leerdoel te beheersen (bv. extra uitleg, meer oefentijd, leren, herhalen van leerstof). 
- Je kan benoemen welk leerdoel je al beheerst. 


Slide 3 - Tekstslide

3. Herhaling

Slide 4 - Tekstslide

9% BTW of 21% BTW
A
9%
B
21%

Slide 5 - Quizvraag

Een broodje kost inclusief BTW €2,50. De btw is 9%.

Wat is de prijs exlusief btw?
A
€ 2,72
B
€ 2,06
C
€ 2,36
D
€ 2,29

Slide 6 - Quizvraag

Is de consumentenprijs inclusief btw of exclusief btw?
A
inclusief
B
exclusief

Slide 7 - Quizvraag

Hoe bereken je de consumentenprijs?

Slide 8 - Open vraag

Verkoopprijs = € 20,66. BTW = 21%
Wat is de consumentenprijs? Noteer ook de berekening!
consumentenprijs=verkoopprijs+btw

Slide 9 - Open vraag

De consumentenprijs van een iPhone is € 688,19 (incl. 21% btw).
Hoeveel is de prijs exclusief btw? Noteer ook de berekening!

Prijs incl. 21% btw ÷ 121 × 100 = prijs excl. btw / verkoopprijs

Slide 10 - Open vraag

Een sinaasappel kost €2,12 inclusief 9% btw.
Wat is de prijs exclusief btw? Noteer ook de berekening!

Prijs incl. 9% btw : 109 x 100 = prijs excl. btw / verkoopprijs

Slide 11 - Open vraag

Wat is de inkoopwaarde?
A
De prijs waarvoor een winkelier een product inkoopt dat hij later wil verkopen
B
Het bedrag de winkelier bij de inkoopprijs optelt
C
Het totaalbedrag dat een bedrijf ontvangt voor de verkoop van producten
D
Het totaalbedrag dat een bedrijf uitgeeft aan de inkoop van producten

Slide 12 - Quizvraag

Hoe bereken je de brutowinst?

Brutowinst = ...
A
Inkoopwaarde - Omzet
B
Omzet - Bedrijfskosten
C
Omzet + Winst
D
Omzet - Inkoopwaarde

Slide 13 - Quizvraag

Deze maand heb je een omzet behaald van €24.800. De inkoopwaarde is €9.600. Bereken de brutowinst. Noteer ook de berekening.

Brutowinst = omzet - inkoopwaarde.

Slide 14 - Open vraag

Hoe bereken je de nettowinst? Noteer de formule.

Slide 15 - Open vraag

Wat kunnen bedrijfskosten zijn?

Slide 16 - Open vraag

Met de strandtent heb je een brutowinst behaald van €95.000. De bedrijfskosten zijn €49.000.
Bereken de nettowinst. Noteer ook de berekening!

Nettowinst = brutowinst - bedrijfskosten

Slide 17 - Open vraag

Bereken de BTW van €91. De BTW is 21%
A
€21
B
€17,36
C
€15,79
D
€18,35

Slide 18 - Quizvraag

4. Instructie

Slide 19 - Tekstslide

Berekening brutowinst
omzetinkoopwaarde=brutowinst

Slide 20 - Tekstslide

Je hebt in één week €1.500 omzet behaald.
De inkoopwaarde was €850. Bereken de brutowinst.
brutowinst=omzetinkoopwaarde

Slide 21 - Open vraag

Berekening nettowinst


Wanneer je de brutowinst niet weet, moet je deze eerst uitrekenen.
brutowinstbedrijfskosten=nettowinst

Slide 22 - Tekstslide

De brutowinst is in één week €650.
Je hebt €350 bedrijfskosten. Bereken de nettowinst.

nettowinst=brutowinstbedrijfskosten

Slide 23 - Open vraag

Brutowinst en nettowinst samen
Omzet
Inkoopwaarde     -
Brutowinst
Bedrijfskosten    -                     
Nettowinst

Slide 24 - Tekstslide

Korte video met uitleg paragraaf 5.3
volgende dia

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

Korte video met uitleg paragraaf 5.4
volgende dia

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link

Zijn er nog vragen? 
Dit mag ook over de theorie van 5.1 en 5.2 gaan. 
Afgelopen donderdag hebben jullie met juf Marjos de herhaling hiervan gedaan.

Slide 29 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Vind je het nog lastig, dan maken we samen opdracht 18, 19 en 25.

De rest mag zelfstandig aan de slag met de herhalingsopdrachten van paragraaf 5.3 en 5.4 opdracht 13 t/m 26 op blz. 151

Slide 30 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig de herhalingsopdrachten van paragraaf 5.3 en 5.4 opdracht 13 t/m 26 op blz. 151


Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na en verbeter je.
Daarna ga je de begrippen van paragraaf 5.3 en 5.4 leren.
timer
1:00

Slide 31 - Tekstslide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog opdrachten waar je moeite mee hebt?

- heb je de theorie van 5.3 en 5.4 nog eens geoefend?
- ken je de begrippen van 5.3 en 5.4?



Slide 32 - Tekstslide

Huiswerk
Huiswerk:
Maandag  23 mei                      
herhalingsopdrachten 5.3 en 5.4 
opdracht 13 t/m 26 op blz. 151

Slide 33 - Tekstslide