Formele en Informele Gesprekken tussen Medewerker en Leidinggevende

Formele en Informele Gesprekken tussen Medewerker en Leidinggevende
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Formele en Informele Gesprekken tussen Medewerker en Leidinggevende

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les, weet je wat formele en informele gesprekken zijn tussen een medewerker en leidinggevende, kun je beoordelingsvalkuilen herkennen en ken je verschillende beoordelingssystemen.

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer de leerdoelen van de les. Het is belangrijk dat de leerlingen weten wat ze aan het einde van de les zullen leren.
Wat weet jij al over formele en informele gesprekken tussen medewerker en leidinggevende?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Formele en Informele Gesprekken
Formele gesprekken zijn geplande ontmoetingen tussen medewerker en leidinggevende om prestaties te bespreken. Informele gesprekken zijn spontane ontmoetingen die geen vastgestelde agenda hebben.

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit wat formele en informele gesprekken zijn. Geef voorbeelden van beide soorten gesprekken.
Beoordelingsvalkuilen
Beoordelingsvalkuilen zijn fouten die gemaakt worden bij het beoordelen van prestaties. Voorbeelden zijn de 'halo' effect, waarbij de prestaties van een medewerker te positief worden beoordeeld vanwege een goede indruk, of de 'horn' effect, waarbij de prestaties van een medewerker te negatief worden beoordeeld vanwege een slechte indruk.

Slide 5 - Tekstslide

Beschrijf de verschillende beoordelingsvalkuilen en geef voorbeelden van elke valkuil.
Beoordelingssystemen
Beoordelingssystemen zijn methoden die gebruikt worden om prestaties te beoordelen. Voorbeelden zijn de 360-graden feedback, waarbij feedback komt van collega's, leidinggevenden en ondergeschikten, en de projectprestatiebeoordeling, waarbij de prestaties van een project worden beoordeeld.

Slide 6 - Tekstslide

Beschrijf de verschillende beoordelingssystemen en geef voorbeelden van elke methode.
Formele Gesprekken: Voorbereiding
Bij formele gesprekken is het belangrijk om voorafgaand aan het gesprek een agenda op te stellen en duidelijke doelen te formuleren.

Slide 7 - Tekstslide

Leg uit hoe je je moet voorbereiden op een formeel gesprek en waarom dit belangrijk is.
Formele Gesprekken: Uitvoering
Tijdens het gesprek is het belangrijk om de medewerker de gelegenheid te geven om zijn/haar prestaties te bespreken en om feedback te geven. Wees duidelijk en constructief in de feedback.

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit hoe je een formeel gesprek moet uitvoeren en waar je op moet letten tijdens het gesprek.
Formele Gesprekken: Follow-up
Na het gesprek is het belangrijk om te zorgen voor follow-up en opvolging van de doelen die gesteld zijn.

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit hoe je follow-up moet doen na een formeel gesprek en waarom dit belangrijk is.
Informele Gesprekken
Informele gesprekken zijn gelegenheden om feedback te geven en te ontvangen. Ze kunnen spontaan gebeuren en hoeven niet gepland te worden.

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit wat informele gesprekken zijn en waarom ze belangrijk zijn.
Beoordelingsvalkuilen Herkennen
Het is belangrijk om beoordelingsvalkuilen te herkennen om te zorgen voor een eerlijke beoordeling van prestaties.

Slide 11 - Tekstslide

Beschrijf waarom het belangrijk is om beoordelingsvalkuilen te herkennen en wat de gevolgen kunnen zijn als ze niet worden herkend.
360-graden Feedback
Bij 360-graden feedback wordt feedback verzameld van collega's, leidinggevenden en ondergeschikten om een compleet beeld te krijgen van iemands prestaties.

Slide 12 - Tekstslide

Leg uit wat 360-graden feedback is en waarom het gebruikt wordt.
Projectprestatiebeoordeling
Bij een projectprestatiebeoordeling worden prestaties beoordeeld op basis van het succes van een project.

Slide 13 - Tekstslide

Leg uit wat een projectprestatiebeoordeling is en waarom het gebruikt wordt.
Beoordelingssystemen: Voor- en Nadelen
Beoordelingssystemen hebben voor- en nadelen. Het is belangrijk om deze te kennen voordat je een bepaald systeem gebruikt.

Slide 14 - Tekstslide

Beschrijf de voor- en nadelen van verschillende beoordelingssystemen en zorg ervoor dat de leerlingen begrijpen waarom het belangrijk is om deze te kennen.
Oefening: Beoordelingsvalkuilen
Verdeel de klas in groepen en geef elke groep een beoordelingsvalkuil. Laat elke groep een korte presentatie geven over de valkuil en hoe deze vermeden kan worden.

Slide 15 - Tekstslide

Geef instructies voor de oefening en zorg ervoor dat de leerlingen weten wat er van hen verwacht wordt.
Oefening: Formeel Gesprek
Verdeel de klas in tweetallen en geef elke groep een scenario voor een formeel gesprek. Laat elke groep het gesprek oefenen en geef feedback.

Slide 16 - Tekstslide

Geef instructies voor de oefening en zorg ervoor dat de leerlingen weten wat er van hen verwacht wordt.
Oefening: Beoordelingssystemen
Laat de leerlingen in groepen verschillende beoordelingssystemen onderzoeken en laat ze een korte presentatie geven over de voor- en nadelen van elk systeem.

Slide 17 - Tekstslide

Geef instructies voor de oefening en zorg ervoor dat de leerlingen weten wat er van hen verwacht wordt.
Samenvatting
Tijd om terug te blikken op wat we hebben geleerd. Wat zijn formele en informele gesprekken? Wat zijn beoordelingsvalkuilen? En welke beoordelingssystemen zijn er?

Slide 18 - Tekstslide

Vat de belangrijkste punten van de les samen en zorg ervoor dat de leerlingen begrijpen wat ze hebben geleerd.
Einde
Bedankt voor het deelnemen aan deze les!

Slide 19 - Tekstslide

Sluit de les af en geef eventueel huiswerk op als dat nodig is.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 20 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 21 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 22 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.