WRE 2AHA - Voorbereiding op SO
1 / 19
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Noteer het WG of NG.
De bonobo is een bedreigde diersoort.
De bonobo is een bedreigde diersoort.
Slide 5 - Open vraag
Welke zin bevat een naamwoordelijk gezegde?
A
Ik heb mijn huiswerk gemaakt.
B
Gisteren ben ik gaan vissen met wat vrienden.
C
Het volkslied werd meegezongen door het publiek
D
Volgende week kunnen we kampioen worden!
Slide 6 - Quizvraag
'Een bijzin staat altijd voor een hoofdzin.'
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Bepaal de zinsdeelzin, kies uit:
ow-zin, lv-zin, mv-zin, bwb-zin.
De detective had al snel in de gaten dat er iets niet klopte.
ow-zin, lv-zin, mv-zin, bwb-zin.
De detective had al snel in de gaten dat er iets niet klopte.
Slide 8 - Open vraag
Welke zin in samengesteld?
A
Veel mensen vinden een kat een schattig huisdier.
B
Tirza bakt zelf brood en koekjes.
C
Volgens sommige theorieën is de oudste de slimste, maar dat is achterhaald.
D
Ik ga altijd op de fiets naar school.
Slide 9 - Quizvraag
Bepaal de zinsdeelzin, kies uit:
ow-zin, lv-zin, mv-zin, bwb-zin.
Waarom hij dit niet eerder heeft verteld, is voor mij onbegrijpelijk.
ow-zin, lv-zin, mv-zin, bwb-zin.
Waarom hij dit niet eerder heeft verteld, is voor mij onbegrijpelijk.
Slide 10 - Open vraag
Bepaal de zinsdeelzin, kies uit:
ow-zin, lv-zin, mv-zin, bwb-zin.
Voor we aan de fietstocht begonnen, smeerde ik me in met factor 20.
ow-zin, lv-zin, mv-zin, bwb-zin.
Voor we aan de fietstocht begonnen, smeerde ik me in met factor 20.
Slide 11 - Open vraag
Wat is het verschil tussen een bijwoordelijke bepaling
en een bijvoeglijke bepaling?
en een bijvoeglijke bepaling?
timer
1:00
Slide 12 - Open vraag
De *Duitse* voetbalbond heeft dit weekend veel te verduren gekregen.
A
bijwoordelijke bepaling
B
bijvoeglijke bepaling
C
bijvoeglijke bijzin
D
geen van allen
Slide 13 - Quizvraag
Ik wil graag nog eens een honkbalwedstrijd *in Amerika* bijwonen.
A
bijwoordelijke bepaling
B
bijvoeglijke bepaling
C
bijvoeglijke bijzin
D
geen van allen
Slide 14 - Quizvraag
De bacteriën *die niet reageren op antibiotica*, krijgen de overhand.
A
bijwoordelijke bepaling
B
bijvoeglijke bepaling
C
bijvoeglijke bijzin
D
geen van allen
Slide 15 - Quizvraag
Een zin met meer dan één persoonsvorm heet een samengestelde zin.
A
Waar
B
Niet waar
