Bs 8: blessures

  1. Je komt optijd in de les
  2. Iedereen zit volgens de plattegrond
  3. Telefoon op stil/uit en in je tas
  4. Ipad is dicht, boek is ook dicht
  5. Iedereen is stil en richt zijn aandacht op de docent
timer
3:00
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
biologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

  1. Je komt optijd in de les
  2. Iedereen zit volgens de plattegrond
  3. Telefoon op stil/uit en in je tas
  4. Ipad is dicht, boek is ook dicht
  5. Iedereen is stil en richt zijn aandacht op de docent
timer
3:00

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les
    - Je kent de meest voorkomende blessures
    - Je kunt oorzaken en gevolgen van enkele blessures noemen


Slide 2 - Tekstslide

Les 5/7
  • Toets terug
  • Bs 8: Blessures (samen)
  • Bs 6: Gezond bewegen (zelf)

Slide 3 - Tekstslide

Welke blessures zijn er?

Slide 4 - Woordweb

Spierpijn
Tijdens het sporten: Je spieren maken afvalstoffen
'Melkzuur' heet dat.
Hierdoor 'verzuren' je spieren
1/2 dagen na het sporten:
-Kleine scheurtjes in je spiervezels
-Herstelt na een paar dagen
Kramp
Bijv. in je kuitspier, voet of hamstring
-Onwillekeurig samenspannen van je spiervezels


Slide 5 - Tekstslide

Botbreuk
- Het bot is gebroken.
- Botten groeien weer aan elkaar vast, gips houdt het op zijn plek
- Soms 'Bot zetten' of operatie
- Herstel duurt ongeveer 6 tot 8 weken
Botbreuk

Slide 6 - Tekstslide

Ontwrichting
- Ontstaat vaak door een val
- De gewrichtskop schiet uit de kom
- Een arts kan het gewricht weer 'terugzetten'

Ontwrichting

Slide 7 - Tekstslide

Spierscheuring
- Komt door een snelle, onverwachte beweging.
- De spier is beschadigd.
- Herstel door te rusten

'zweepslag' = scheur in kuitspier

Spierscheuring

Slide 8 - Tekstslide

Als je lichaam zich omdraait maar je onderbeen blijft staan.

- (in)gescheurde meniscus.
- (in)gescheurde banden (kruisband, knieband).

Rust of operatie
Knieblessure

Slide 9 - Tekstslide

- Door een klap of val
- Weefsel beschadigd, kleine bloedvaatjes scheuren > bloeduitstorting/blauwe plek
- Zwelling door vochtophoping
- Koelen helpt tegen pijn en zwelling, rust herstelt het
Kneuzing

Slide 10 - Tekstslide

verzwikking
- Kneuzing van het gewricht
- Het gewrichtskapsel en kapselbanden te ver uitgerekt/beschadigd (kan ook scheuren).
- Kneuzing dus zwelling/blauwe plek.
Koelen helpt tegen pijn en zwelling
Duurt +- 6 weken voor volledig herstel
Verzwikking

Slide 11 - Tekstslide

Wat doe je om een blessure te voorkomen?

Slide 12 - Woordweb

Blessures voorkomen
- Warming up > je spieren voorbereiden/bloed laten stromen
- Niet te snel/niet te hard/niet te veel. oftewel niet overbelasten
- Goede sportkleding/schoenen/bescherming
- Niet te snel beginnen na een blessure
- Cooling-down >  bloed voert afvalstoffen spieren af

- Warming-up > je spieren voorbereiden/bloed laten stromen
- Niet te snel/niet te hard/niet te veel. oftewel niet overbelasten
- Goede sportkleding/schoenen/bescherming
- Niet te snel beginnen na een blessure

- Cooling-down >  bloed voert afvalstoffen spieren af


Slide 13 - Tekstslide

Een zweepslag is een voorbeeld van:
A
Een verzwikking
B
Een ontwrichting
C
Kramp
D
Een spierscheuring

Slide 14 - Quizvraag

Waardoor krijg je spierpijn?
A
Weinig afvalstoffen in je spieren
B
Door een harde klap
C
Als je spiervezels allemaal samenspannen
D
De afvalstoffen in je spieren

Slide 15 - Quizvraag

Waarmee loop je geen risico op blessures?
A
Slecht dempende sportschoenen
B
Geen opbouwende hardloopschema
C
Lelijke sportkleding
D
Veel trainen zonder rust

Slide 16 - Quizvraag

Welke van onderstaande keuzes is een blessure aan bot of gewricht?
A
Kneuzing
B
Ontwrichting
C
Bloeduitstorting
D
Verzwikking

Slide 17 - Quizvraag

Welke blessure zie je in de afbeelding?
Let op: je ziet voor-en zij-aanzicht
A
Kneuzing
B
Botbreuk
C
Ontwrichting
D
Spierscheuring

Slide 18 - Quizvraag

Beschadiging van weefsel, zonder dat er iets breekt, oprekt of scheurt
A
Verzwikking
B
Kneuzing
C
Voetbalknie

Slide 19 - Quizvraag

Deze persoon heeft haar gewrichtskapsel te ver uitgerekt. Dit noem je een:
A
Kneuzing
B
Ontwrichting
C
Verstuiking
D
Spierscheuring

Slide 20 - Quizvraag

Wat is geen effect van een goede warming-up?
A
De hartslag gaat omhoog
B
De kans op blessures wordt kleiner
C
De spieren worden opgewarmd
D
Je verbrandt 2x zoveel calorieën

Slide 21 - Quizvraag

Welke blessure hoort bij de omschrijving?
Beschadiging van een spier door een plotselinge beweging
De gewrichtskogel is uit de kom
Beschadiging van weefsel zonder scheuring of breuk
Te ver uitgerekt gewrichtskapsel/kapselbanden
Verzwikking
Kneuzing
Spierscheuring
Ontwrichting

Slide 22 - Sleepvraag

Wat ga je nu doen?
- Lees bs 8 en bs 6
Welke woorden ken je al? Welke nog niet?
- Maak bs 6: 1 t/m 9

Klaar?
- Test jezelf bs 1 t/m 6 maken
Huiswerk voor woensdag:
Lezen bs 6
Maken bs 6: 1 t/m 9


Rood licht: Helemaal stil, bewaar je vragen voor later. (Muziek in mag)
Oranje licht: zacht overleggen mag, vragen stellen mag ook.
Groen licht: Normaal volume.



Slide 23 - Tekstslide