Criminaliteit

• Maatschappijleer
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 4

Criminaliteit

Wanneer doe je iets wat strafbaar is?

Waarom zou je iets strafbaars doen?

Weet je wat er gebeurd als je gepakt wordt? 

Asociaal gedrag

Asociaal 

Je houdt geen rekening met anderen 

Strafbaar 

Je overtreedt de wetsregels,

ofwel een delict plegen

- Overtreding(en)

Strafbare feiten die minder erg zijn

- Misdrijven

Ernstige strafbare feiten

Materiële gevolgen

Schade die je kan berekenen in geld

Niet-materiële gevolgen

Gevolgen/ schade die je niet in geld kan berekenen (psychisch) 

Een blikje cola stelen is een:

1. Misdrijf
2. Overtreding

Bang zijn in je eigen huis na een inbraak is:

1. Materiële schade
2. Niet-materiële schade

Risicofactoren criminaliteit

-  Gebrekkige opvoeding

- Gedrags- en psychische problemen

- Sterke groepsdruk

- Drugsgebruik/ alcoholgebruik 

- Persoonlijkheidskenmerken

Woordenschat

Sociale controle vs. aangeleerd gedrag

Bindingen 

stad vs. dorp

Preventief vs. repressief 

Begrippenlijst

Zoek de volgende begrippen: 

* Aangeleerd-gedragstheorie

* Proces-verbaal

* Etiketteringstheorie 

* Tbs

* Repressie

Hoe heb je gewerkt?

Geef jezelf een cijfer van 1 t/m 5