Les 6: Titraties

H10 Zuren en basen
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H10 Zuren en basen

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
  • terugblik zuur-basereacties
  • 10.5 Titraties
  • P: Reactie tussen zoutzuur en natronloog
  • maken 10.5 opdr 1 t/m 9
10.5 Titraties

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
10.5 Titraties
Ik kan uitleggen hoe je een titratie moet uitvoeren.
Ik kan met een titratie de concentratie van een zure of een basische oplossing berekenen.

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik Zuur-basereacties
10.5 Titraties
  • OH-: natronloog, kalkwater
  • O2-: natriumoxide, calciumoxide (ongebluste kalk)
  • CO32-: kalk (calciumcarbonaat)

Slide 4 - Tekstslide

Gehalte bepalen (concentratie)
10.5 Titraties
Met een titratie kun je bepalen hoeveel er van een bepaald zuur of een bepaalde base in een oplossing aanwezig is.
  • te gebruiken bij een zuur-basereactie
  • de onderzochte stof zit in de erlenmeyer
  • je voegt een passende indicator toe

Slide 5 - Tekstslide

Gehalte bepalen (concentratie)
10.5 Titraties
Met een titratie kun je bepalen hoeveel er van een bepaald zuur of een bepaalde base in een oplossing aanwezig is.
  • te gebruiken bij een zuur-basereactie
  • de onderzochte stof zit in de erlenmeyer
  • je voegt een passende indicator toe
  • als de kleur van de indicator is verandert is de reactie geneutraliseerd

Slide 6 - Tekstslide

Gehalte bepalen (concentratie)
10.5 Titraties
Met een titratie kun je bepalen hoeveel er van een bepaald zuur of een bepaalde base in een oplossing aanwezig is.
  • te gebruiken bij een zuur-basereactie
  • de onderzochte stof zit in de erlenmeyer
  • je voegt een passende indicator toe
  • als de kleur van de indicator is verandert is de reactie geneutraliseerd
  • het eindpunt is bereikt

Slide 7 - Tekstslide

10.5 Zuur-base reacties
Titratie
Denk aan laboratoria van: 
  • ziekenhuizen

Slide 8 - Tekstslide

10.5 Zuur-base reacties
Titratie
Denk aan laboratoria van: 
  • ziekenhuizen
  • de chemische industrie
  • onderzoeksinstituten
  • bij de douane
  • Nederlands Voedsel- en Warenautoriteit

Slide 9 - Tekstslide

10.5 Zuur-base reacties
Toepassingen zuur-basereacties
  • neutraliseren van ammoniak dat vrijkomt uit mest in veestallen
  • ontkalken verwarmingselementen 
  • tegengaan verzuring bossen en landbouwgrond door te strooien met ongebluste kalk


  • vorming ammoniumnitraat (kunstmest)

Slide 10 - Tekstslide

Concentratie berekening
10.5 Titraties
  1. Noteer het gegeven uit de tekst.
  2. Noteer het verbruik tijdens de titratie: eindstand - beginstand.
  3. Bereken het onbekende aantal milligram van de gevraagde oplossing: verhoudingstabel met gegeven &  gevraagd
  4. Bereken de concentratie = massa (g) : volume (L)
  5. Bereken eventueel nog het gehalte in de gevraagde eenheid.

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
In de Warenwet staat dat keukenazijn minimaal 4 g azijnzuur per 100 mL moet bevatten. 

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
In de Warenwet staat dat keukenazijn minimaal 4 g azijnzuur per 100 mL moet bevatten. 

Eerst meet je 25 mL keukenazijn (zuur) af en doe je deze hoeveelheid in een erlenmeyer. Daaraan voeg je twee druppels fenolftaleïne toe. Na toevoeging van 19,4 mL natronloog (base) slaat de kleur van de indicator om van kleurloos naar roze.
Gegeven: 1 mL natronloog komt overeen met 55 mg azijnzuur.

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
In de Warenwet staat dat keukenazijn minimaal 4 g azijnzuur per 100 mL moet bevatten. 

Eerst meet je 25 mL keukenazijn (zuur) af en doe je deze hoeveelheid in een erlenmeyer. Daaraan voeg je twee druppels fenolftaleïne toe. Na toevoeging van 19,4 mL natronloog (base) slaat de kleur van de indicator om van kleurloos naar roze.
Gegeven: 1 mL natronloog komt overeen met 55 mg azijnzuur.

  • Voldoet deze keukenazijn aan de eis van de warenwet?

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
Gegegens uit de tekst:
- 25 mL keukenazijn: staat H+ ionen af
- toegevoegd uit buret: 19,4 mL natronloog: neemt H+ ionen op
- 1 mL natronloog komt overeen met 55 mg azijnzuur

zuur-base reactie
H+ (aq) + OH- (aq) --> H2O (l)

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
Gegegens uit de tekst:
- 25 mL keukenazijn: staat H+ ionen af
- toegevoegd uit buret: 19,4 mL natronloog: neemt H+ ionen op
- 1 mL natronloog komt overeen met 55 mg azijnzuur

zuur-base reactie
H+ (aq) + OH- (aq) --> H2O (l)
           base
             zuur
gegeven
gevraagd

Slide 16 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
Gegegens uit de tekst:
- 25 mL keukenazijn
- toegevoegd uit buret: 19,4 mL natronloog
- 1 mL natronloog komt overeen met 55 mg azijnzuur

zuur-base reactie
H+ (aq) + OH- (aq) --> H2O (l)
           base
             zuur
gegeven
           1 mL
            55 mg
gevraagd

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
Gegegens uit de tekst:
- 25 mL keukenazijn
- toegevoegd uit buret: 19,4 mL natronloog
- 1 mL natronloog komt overeen met 55 mg azijnzuur

zuur-base reactie
H+ (aq) + OH- (aq) --> H2O (l)
           base
             zuur
gegeven
           1 mL
            55 mg
gevraagd
         19,4 mL

Slide 18 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
Gegegens uit de tekst:
- 25 mL keukenazijn
- toegevoegd uit buret: 19,4 mL natronloog
- 1 mL natronloog komt overeen met 55 mg azijnzuur

zuur-base reactie
H+ (aq) + OH- (aq) --> H2O (l)
           base
             zuur
gegeven
           1 mL
            55 mg
gevraagd
         19,4 mL
x 19,4

Slide 19 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
Gegegens uit de tekst:
- 25 mL keukenazijn
- toegevoegd uit buret: 19,4 mL natronloog
- 1 mL natronloog komt overeen met 55 mg azijnzuur

zuur-base reactie
H+ (aq) + OH- (aq) --> H2O (l)
           base
             zuur
gegeven
           1 mL
            55 mg
gevraagd
         19,4 mL
x 19,4
x 19,4

Slide 20 - Tekstslide

Voorbeeld
10.5 Titraties
Gegegens uit de tekst:
- 25 mL keukenazijn
- toegevoegd uit buret: 19,4 mL natronloog
- 1 mL natronloog komt overeen met 55 mg azijnzuur

zuur-base reactie
H+ (aq) + OH- (aq) --> H2O (l)
           base
             zuur
gegeven
           1 mL
            55 mg
gevraagd
         19,4 mL
             1067 mg
x 19,4
x 19,4

Slide 21 - Tekstslide

10.5 Zuur-base reacties
Voorbeeld
In 25 mL keukenazijn zit 1067 mg azijnzuur.

  • Dus in 100 mL zit: 100 : 25 x 1067 = 4268 mg (4,3 g)
  • Warenwet: minimaal 4 g azijnzuur per 100 mL
  • Voldoet aan de Warenwet

Slide 22 - Tekstslide

10.5 Zuur-base reacties

Slide 23 - Tekstslide

10.5 Zuur-base reacties
1/2 mL

Slide 24 - Tekstslide

AAN DE SLAG en HUISWERK

  • P: Reactie tussen zoutzuur en natronloog
  • maken 10.5 opdr 1 t/m 9
10.5 Zuur-base reacties

Slide 25 - Tekstslide