11.1 | HV | Man en vrouw

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

H11

Voortplanting

11.1 Man en Vrouw

Leerdoel 

1. Je kunt de delen van de voortplantingsorganen van een man benoemen en de werking ervan

Functies

Zaadleider: vervoeren zaad vanaf bijbal
Zaadblaasje + prostaat: voegen zaadvocht toe aan de zaadcellen (=sperma)

Zwellichaam: vult zich met bloed bij erectie

Bijbal: slaan geproduceerde zaadcellen op

Teelbal: produceren zaadcellen

Aangestuurd door --> hypofyse

Opdrachten

Maak 1 t/m 8

Leerdoel

2. Je kunt de delen van de voortplantingsorganen van een vrouw benoemen en de werking uitleggen

3. Je kunt uitleggen hoe de menstruatiecyclus verloopt

Functies: Eierstok: hier zitten de eicellen, 1 eicel per maand rijpt. Eileider: plek van bevruchting eicel Baarmoeder: plek waar het embryo moet innestelen en groeien Vagina: waar zaadcellen binnen komen en richting eileider bewegen

Aangestuurd door --> hypofyse

Opdrachten

10 t/m 14

Rijping eicel

Menstruatiecyclus

Opdrachten

Maak 16 t/m 20

Leerdoel

4. Je kunt uitleggen dat de menstruatiecyclus wordt geregeld door hormonen

Hormonen & menstruatiecyclus

Hormonen follikel + effect

Voor eisprong (ovulatie)

Oestrogeen (3 effecten)

1. geen rijping andere eicellen

2. baarmoederslijmvlies wordt dikker  

3. hoge oestrogeen concentratie in bloed --> seintje voor hypofyse voor ovulatie

Na eisprong (ovulatie) door gele lichaam

Progesteron 

- groei en doorbloeding baarmoederslijmvlies

Indien er geen bevruchting plaatsvind nemen oestrogeen en progesteron af en begint een nieuwe cyclus 

Opdrachten

22 t/m 25