- kunnen uitleggen of fictief en literair verhaal autobiografisch is of niet
Slide 3 - Tekstslide
SE 1
1) Nieuw Nederlands 1.0 - 1.5
2) Twee literaire werken:
- Dagen van gras
- Confettiregen
elke vrijdag gaan we met NN literatuur + Dagen van gras
aan de slag
Slide 4 - Tekstslide
SE 1
1) Nieuw Nederlands 1.0 - 1.5
- Personages
- Perspectief
- Setting en ruimte
- Tijd
- Thema's en motieven
Je moet deze begrippen uitleggen aan de hand van de boeken.
Slide 5 - Tekstslide
NN literatuur par 1.0
Bekijk blz 10
Slide 6 - Tekstslide
NN literatuur par 1.0
Hoe werkt het boek?
Bekijk de eerste paar bladzijden en leg uit waarom op blz 10 fictief onderstreept is en literatuur een sterretje (*) krijgt.
2 minuten!
Slide 7 - Tekstslide
NN literatuur par 1.0
Hoe werkt het boek?
nieuwe begrippen krijgen een *
al aan bod gekomen begrippen zijn onderstreept
We lezen steeds fragmenten uit boeken en beantwoorden daar vragen over. Daar beginnen we volgende week mee.
Slide 8 - Tekstslide
NN literatuur par 1.0
Wat is fictie?
‘Verzonnen verhaal. Fictieve verhalen kunnen (deels) gaan over mensen die werkelijk (hebben) bestaan of gebeurtenissen die werkelijk hebben plaatsgevonden.’ Nieuw Nederlands Literatuur
‘Literatuur met verzonnen elementen: verhalen, poëzie, toneelstukken, romans. Verdichtsel, verzinsel.’ Van Dale
Slide 9 - Tekstslide
wat is het tegenovergestelde van fictie?
Slide 10 - Tekstslide
NN literatuur par 1.0
Wat is een roman?
Nieuw Nederlands Literatuur: ‘Een lang (boekvullend) fictief verhaal’
---> Proza: ‘Verzamelnaam voor verhalende teksten die niet rijmen.
Daarin onderscheidt proza zich van poëzie.’
Slide 11 - Tekstslide
NN literatuur par 1.0
Wat is literatuur?
Nieuw Nederlands Literatuur:‘Verzamelnaam voor fictieve teksten die een diepere laag hebben.
Kenmerken van literatuur zijn onder meer: originaliteit, complexiteit,
onvoorspelbaarheid, een bijzondere stijl en de mogelijkheid betekenissen
aan de tekst toe te kennen.’
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
geef een voorbeeld van literatuur + lectuur
originaliteit, complexiteit, onvoorspelbaarheid, een bijzondere stijl en de mogelijkheid betekenissen aan de tekst toe te kennen
Slide 14 - Tekstslide
Dagen van gras
Philip Huff
Slide 15 - Tekstslide
Dagen van gras
is een verhaal van de achttienjarige Ben. Hij woont na zijn ontslag uit een psychiatrische kliniek in De Dwars, een steunwoning voor adolescenten. Hij blikt terug op zijn kindertijd en op hoe hij in De Dwars is beland.
Slide 16 - Tekstslide
bekijk het volgende vlogboek
Slide 17 - Tekstslide
video.scholieren.com
Slide 18 - Link
NN literatuur par 1.0
Autobiografie (blz 11)
'De schrijver beschrijft zijn eigen leven'.
auto = zelf
bios = leven
grafie/graphein = schrijven
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
naar de mediatheek
- pak je schoolpas
- wees stil op de gang (niet kletsen!)
- in de mediatheek ga je netjes in een rijtje staan
- als je je boek hebt, ga je stilletjes terug naar het lokaal
Slide 22 - Tekstslide
voorlezen
Slide 23 - Tekstslide
lesdoel
- weten wat je voor SE 1 moet leren en doen
- kunnen uitleggen of fictief en literair verhaal autobiografisch is of niet
Slide 24 - Tekstslide
lesdoel
- weten wat je voor SE 1 moet leren en doen
- kunnen uitleggen of een boek autobiografisch is of niet
Slide 25 - Tekstslide
belangrijkste personages
Ben van Deventer
Bens grootvader
Bens moeder
Bens vader
Tom Samson
Anna
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
setting & ruimte dvg
Plaats: platteland, Amsterdam, Bloemendaal
Tijd: nu
Omstandigheden: puber, zonder vader, alleen, ziek
Ruimte: De Dwars, boomhut, huis van opa
Slide 28 - Tekstslide
titel
De titel Dagen van gras is ontleend aan een album van de Nederlandse zanger Spinvis: Dagen van gras, dagen van stro.
Slide 29 - Tekstslide
Dagen van gras
verwijst naar
de kindertijd van Ben: hij leefde vroeger in dagen van gras, omdat hij op het platteland woonde.
de tijd waarin Ben drugs gebruikte. Met gras wordt het geestverruimende gras, de wiet, bedoeld.
de dagen die Ben zonder de lijfelijke aanwezigheid van zijn vader moet doorbrengen. ".... You can see me in the tall trees and the grass that surround you..." (afscheidsbrief van Bens vader)
Slide 30 - Tekstslide
fictie
Dagen van gras is een fictief verhaal met de werkelijkheid als uitgangspunt. Dat komt terug in de verschillende ruimten, bijvoorbeeld:
Zwolle
Amsterdam
Engeland
Den Dolder
Het blijft een VERZONNEN verhaal.
Slide 31 - Tekstslide
vijf centrale onderwerpen/thema's/ motieven
vriendschap
psychose
schizofrenie
drugsgebruik
muziek
Slide 32 - Tekstslide
toelichting schizofrenie en psychose
schizofrenie = 'gespleten geest' -->
waanbeelden
stemmings- en gedragstoornissen
slaapproblemen
vaststelling na psychose
psychose = psychiatrische aandoening waarbij patiënt het normale contact met de werklijkheid (gedeeltelijk) kwijt is.
Slide 33 - Tekstslide
overkoepelende thema
Wat zou het overkoepelende thema kunnen zijn? Waar wil de schrijver je over na laten denken?
Het boek gaat over de volwassenwording van Ben. De schrijver wil je na laten denken over wat volwassenworden met schizofrenie zou kunnen betekenen voor je leven.
Slide 34 - Tekstslide
vijf centrale onderwerpen/thema's/motieven
vriendschap
psychose
schizofrenie
drugsgebruik
muziek
Probeer voor elk onderwerp uit te leggen of het om een thema of om een motief van dit boek gaat.
Slide 35 - Tekstslide
motieven
Noem een concreet motief en een abstract motief uit Dagen van gras en leg uit waarom het een concreet/abstract motief is.
Slide 36 - Tekstslide
opbouw
proloog + zeven genummerde hoofdstukken + epiloog
proloog: tegenwoordige tijd, ik-persoon stelt zich voor en kondigt aan zijn levensverhaal te gaan vertellen
hoofdstukken: verleden tijd, ik-persoon beschrijft zijn leven
epiloog: tegenwoordige tijd, je-vorm, gedetailleerde beschrijving wandeling naar Weldra
Slide 37 - Tekstslide
spanning
Door de volgende open plekken:
Hoe is Ben in De Dwars terechtgekomen?
Wat is er met hem gebeurd?
Hoe heeft dat kunnen gebeuren?
Tom
Slide 38 - Tekstslide
perspectief
ik-vorm en je-vorm wisselen elkaar af
je-vorm voornamelijk als Ben in een trip zit, ook in de epiloog
Slide 39 - Tekstslide
ontknoping
Ben probeert Tom te bellen en krijgt geen gehoor. Daarop belt hij zijn moeder. Pieter, de tuinman, neemt op:
"Hoe bedoel je, met z'n tweeën?"
Anna doet Ben beseffen dat hij Tom verzonnen heeft door te zeggen dat zij ook zaken verzonnen heeft:
"Uit woede. En uit verdriet. Omdat ik een boeman nodig had om te haten. Omdat ik me toe-eigende wat ik nodig had."
Slide 40 - Tekstslide
taal en stijl
spreektaal: stopwoordjes als 'man', 'ofzo' en 'echt' --> "Man, mijn grootvader had het talent...."