GHZ Les 2

Check in
Met hemelvaartsdag doe ik het liefst...
1 / 55
volgende
Slide 1: Woordweb
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 55 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Check in
Met hemelvaartsdag doe ik het liefst...

Slide 1 - Woordweb

Wat heb je geleerd op stage?

Slide 2 - Tekstslide

Volgende week:

-Maandag 10:00uur Lansinkfeste titerbepaling..
- INTERVISIE (Femke, Lotte, Lynn, Amy, Jesse, Anne)


Slide 3 - Tekstslide

GHZ
Programma
Theorie indeling in niveaus
Oorzaken handicap
Werken aan de opdrachten
5 days inside vervolg.

Slide 4 - Tekstslide

Verstandelijk gehandicapt

Iemand is verstandelijk gehandicapt als er sprake is van een blijvende ontwikkelingsachterstand als gevolg van een stoornis in het cognitief functioneren. Dit wil zeggen dat er een stoornis is in het waarnemen, denken, kennen en/of weten, die niet meer over gaat. Hierdoor heeft iemand een ontwikkelingsachterstand.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Lees zorgpad 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Ervaringsordening




Bron: Canvas: Collectie: Zorg specifiek 4 VP Gehandicaptenzorg leerpad 1,2,3

Vul het schema in IQ, de verschillende ervaringsordeningen en wat het inhoudt en de niveaus van verstandelijke beperking.
Waarom is het belangrijk de oorzaak van de beperking te weten?
Leg uit wat Prenatale, perinatale en postnatale oorzaken zijn?
Noem bij elke oorzaak 3 voorbeelden

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

De theorie van Ervaringsordening stelt een aantal uitgangspunten vooraf centraal:


- Alles wat uit mensen geboren wordt is mens, en heeft derhalve menselijke mogelijkheden, dat geldt onverkort voor verstandelijk gehandicapte mensen. Het zijn geen mensen met ‘andere’ mogelijkheden dan ‘normale’ mensen, maar gewoon mensen. Het zijn ook geen ‘mensen met mogelijkheden’ zoals wel eens gesuggereerd wordt, want elke mens heeft mogelijkheden. Het zijn mensen.

Slide 26 - Tekstslide

Lichaamsgebonden ordening

 Door dingen aan te raken en in je mond te stoppen leer je de wereld kennen. Aanvankelijk blijft die wereld strikt beperkt tot het hier en nu. 

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

associatieve ordening
Heeft te maken met het herkennen van patronen. Aankleden, tandenpoetsen en eten vinden plaats via handelingen die in een vaste volgorde verlopen. Mensen ontlenen hun veiligheid aan vaste patronen.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

structurerend ordenen
Bij structurerend ordenen daarentegen kan de volgorde binnen zo’n situatie verschillen. De maaltijd blijft wel aan allerlei vaststaande regels gebonden: bijvoorbeeld het tijdstip en regels, zoals niet weglopen tijdens het eten.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Bij de vormgevende ordening
Hier kan iemand zelf zijn omgeving bepalen. Hij kan bijvoorbeeld zelfstandig kleren gaan kopen in een winkel. Bij structurerend ordenen kan – hetzelfde voorbeeld doorvoerend – de persoon wel kiezen uit een aantal kledingstukken dat in een kast ligt, terwijl iemand die associatief ordent niet in staat is om te kiezen. 

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Welke oorzaken zijn er?

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Opdracht Canvas inleveren
Kijk voor elke casus:
1. Wat is de oorzaak van de beperking van de handicap.
2. Wat de classificatie is in het model van Timmers-Huigens en leg uit waarom dit niveau past bij de zorgvrager.
3. En welke begeleiding past daarbij n.a.v de poster emotionele ontwikkeling. 

Slide 42 - Tekstslide

welk niveau(s) zie je bij de clienten? 
 schrijf je argumenten op om daarna te kunnen delen

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Link

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Als ik een kindje met een handicap zou krijgen zou ik....

Slide 47 - Woordweb

Prikkeloverdracht
Prikkels kunnen anders overkomen bij mensen met handicap
Gevolgen voor pijnbeleving, zintuigen, motoriek, balans
(zie zorgpad thema gehandicaptenzorg)

Slide 48 - Tekstslide

Voorlichting advies en instructie (VAI)
Aansluiten bij denkniveau 
Aansluiten bij belevingswereld
Houd het overzichtelijk en kort
Oefenen duurt langer
Vergeet de mantelzorger niet!
(zie zorgpad gezondheidsbevordering)

Slide 49 - Tekstslide

Waarop let je bij VAI bij iemand met een handicap?

Slide 50 - Woordweb

Maken: deelopdrachten 2
leerdoelen
Orientatie
Verdieping
Checking

Slide 51 - Tekstslide

Deelopdracht 2
In de subgroepen koppeling maken met de verschillende casussen:
  • oorzaak van de beperking
  • niveau indeling volgens Timmer - Huigens
  • Uitwerken ziektebeelden en welke verschijnselen zie je bij de zorgvragers?
  • Voor één zorgvrager: VAI uitwerken passend bij niveau

Slide 52 - Tekstslide

Slide 53 - Video

Terugkoppeling 15:30 uur
Casus met uitwerking van deelopdracht 2 pitchen
Groep 1: casus 1   Hannke            Groep 5: casus 5 Eline
Groep 2: casus 2  Henk                 Groep 6: casus 6 Arco
Groep 3: casus 3  Ton                     Groep 7: casus 7 Tim
Groep 4: casus 4 Annemarie

Welke casus hebben jullie evt. zelf bedacht of ideeën hierover?

Slide 54 - Tekstslide

Terugblik - vooruitblik
Padlet invullen

Terugblik:
  • Voornemen? Wat heb je geleerd deze week en hoe kun je dat gebruiken in de BPV
  • Hoe ging jullie samenwerking: geef elkaar een tip en een top
Vooruitblik:
  • Wat zijn je concrete voornemens in de BPV 
  • Met welke opdrachten ga je aan de slag. Welke theorie heb je daarbij nodig

Slide 55 - Tekstslide