H3 structuur aanbodkant

Les 6
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Les 6

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Vorige les
  • Lesdoelen
  • Theorie
  • Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les
  • Kun je uitleggen hoe productiefactoren de productiecapaciteit beïnvloed. 
  • Hoe productiefactoren de hoogte en groei van het bbp beïnvloed. 
  • Uitleggen welke factoren de arbeidsproductiviteit bepalen. 

Slide 3 - Tekstslide

Groeifactoren
Hoogte bbp
  • Productiecapaciteit (aanbodkant/structurele kant)
  • Bestedingen
Bezettingsgraad: hoeveel er van de maximale productiecapaciteit gebruikt wordt.

Slide 4 - Tekstslide

In welke jaren is er geen sprake van economische groei?

Slide 5 - Tekstslide

In welke jaren is er geen sprake van economische groei?

Slide 6 - Open vraag

Hoe kan de productie op lange termijn groeien?

Slide 7 - Open vraag

Groei productiefactoren
Productiefactoren in:
Kwaliteit (opleiding-ervaring)
en Kwantiteit (aantal)

--> arbeidsproductiviteit
Beinvloeden door; scholing, innovatie, investeringen, mechanisatie, automatisering, robot inzet etc

Slide 8 - Tekstslide

Arbeid
Kwaliteit en kwantiteit beroepsbevolking --> arbeidsproductiviteit. 
  • Scholing/investeren in menselijk kapitaal. 
  • Efficiëntie van de organisatie (arbeidsdeling en specialisatie)
  • Mechanisering en automatisering.
  • Arbeidsmentaliteit

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit wat het verschil is tussen automatisering en mechanisering.

Slide 10 - Open vraag

Arbeidsproductiviteit en loonkosten per product
Arbeidsproductiviteit: gemiddelde productie (waarde of aantal) per werknemer per tijdseenheid. 

Stijging arbeidsproductiviteit --> meer productie per werknemer --> loonkosten verspreiden over meer producten --> lagere loonkosten per product --> lagere verkoopprijs --> betere concurrentiepositie. 

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de formule van gemiddelde loonkosten?

Slide 12 - Open vraag

Rekenen
Indexcijfer loonkosten = indexcijfer loonkosten per werknemer  x 100%
                                                   Indexcijfer arbeidsproductiviteit 

Stel de loonkosten per werknemer stijgen met 9% en de arbeidsproductiviteit met 5%. Dan is het indexcijfer van de loonkosten per product -->                 = 103,8 --> loonkosten per product stijgen met 3,8 %


105109x100

Slide 13 - Tekstslide

Waardoor wordt de arbeidsproductiviteit beïnvloed?

Slide 14 - Open vraag

Naast de beroepsbevolking en arbeidsproductiviteit. Wat zou nog meer de productiecapaciteit bepalen?

Slide 15 - Open vraag

Kapitaal
in de vorm van beschikbare kapitaalgoederen (machine's gebouwen, grond)
in de vorm van investeringen

Slide 16 - Tekstslide