1.7 ONLINE

Start geen nieuwe vergadering
Accepteer 
in LessonUp c
deze les. Als het c
kan o
p een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
● Wat gaan we leren?
● Terugblik: vk t/m 1.6
● Nieuwe theorie: 1.7
● Afsluitende vragen
bij
We gaan zo starten.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Start geen nieuwe vergadering
Accepteer 
in LessonUp c
deze les. Als het c
kan o
p een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
● Wat gaan we leren?
● Terugblik: vk t/m 1.6
● Nieuwe theorie: 1.7
● Afsluitende vragen
bij
We gaan zo starten.

Slide 1 - Tekstslide

Wat ga je leren?
Je kent de exponentiele formule
 en kan de groeifactor berekenen. 
Je kan een berekening maken 
met een exponentiele toe/afname.
                  Nu mee bezig
H1: Procenten
VK Breuken en procenten
1. Breuken, procenten en
    decimale getallen
2. Percentage gegeven
3. Procenten gevraagd
4. Procenten en grote     
     getallen
5. Terugrekenen naar 100%
6. Promille
7. Exponentiele formule

              Later deze periode
H6: Verschillende verbanden
VK Machten en wortels
1. Periodieke verbanden
2. Kwadratische verbanden
3. De top van een parabool
4. Wortelverbanden
5. Machtsverbanden

 

Slide 2 - Tekstslide

Wat heb je al geleerd?
  • Op hoeveel decimalen ronden we procenten af?
  • En promille?
  • Wat betekent het woord procent?
  • Wat betekent het woord promille?
  • Wat verandert er in de verhoudingstabel als je met promille rekent?
ANTWOORDEN IN DE CHAT!

Slide 3 - Tekstslide

promille


                       procent =


                      promille =

  
1001=0,01
10001=0,001
Rekenen met promille werkt hetzelfde als rekenen met procent, alleen vul je 1000 in in plaats van 100.  

Slide 4 - Tekstslide



 Taxatie van een huis kost 1,74 ‰ van de prijs van het huis. 
Het huis kost € 290 000, hoeveel kost de taxatie?

De taxatie kost € 504,60



Rekenen met promille




290 000
504,6
1000
////
1
1,74

Slide 5 - Tekstslide

Wat wordt bedoeld met relatieve toename?

Slide 6 - Open vraag

Zoek een voorbeeld over relatieve toe-of afname. Upload een foto.

Slide 7 - Open vraag

Hoe noemen we de toename in aantallen?

Slide 8 - Open vraag

Zoek een voorbeeld van absolute toe- of afname. Upload een foto.

Slide 9 - Open vraag

Dit ga je leren
Je kent een exponentiele formule en kan de groeifactor berekenen. Je kan een berekening maken met een exponentiele toe/afname.

Slide 10 - Tekstslide

0

Slide 11 - Video

0

Slide 12 - Video

1.7: Exponentiele functies
Samira opent een nieuwe spaarrekening en zet daar €500,- op.
De bank geeft 4% rente per jaar.
  • Welk bedrag staat er na één jaar op haar rekening?
  • En na twee jaar?
  • En na 8 jaar?
  • Ja, dit is veel te veel werk, dus anders:
  • Bedrag na 1 jaar = 500 :100 x 104 = 500 x 1,04
  • Bedrag na 2 jr = 500 x 1,04 x 1,04 = 500 x 1,042
  • Bedrag na 3 jaar = 500 x 1,04 x 1,04 x 1,04 = 500 x 1,043
  • ..... Bedrag na 8 jaar = 500 x 1,048

Slide 13 - Tekstslide

1.7: Exponentiele functies
Exponentiele formule: uitkomst = begingetal x groeifactortijd
  • begingetal = startgetal
  • groeifactor bij toename = (100 % + toenamepercentage) : 100
    Deze is altijd boven de 1,0.
  • groeifactor bij afname = (100 % - afnamepercentage) : 100
    Deze is altijd tussen 0,0 en 1,0
  • groeifactor precies 1,0 betekent dat het gelijk blijft.
  • tijd = de tijd die genoemd wordt. Let goed op de eenheid!

Slide 14 - Tekstslide

opgave 69 blz. 36

Mark zet €285,- op zijn nieuwe spaarrekening.

Hij krijgt 3,75 % rente per jaar. Hij laat al het geld 5 jaar op de rekening staan.

  • Wat is het begingetal?
  • Wat is de groeifactor?
  • Welke exponent gebruik je?
  • Bereken het bedrag dat na 5 jaar op de spaarrekening staat.


Slide 15 - Tekstslide

opgave 70 blz. 36

Bereken de groeifactor.

  • +4 %
  • -2,5 %
  • +12,5 %
  • -1,25 %


Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk

Maken:

1.7: testopgave en

dan de opgaven van jouw route









timer
4:00

Slide 17 - Tekstslide