Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Slide 6 - Tekstslide
Voorbeeld
Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Stap 3: los de vergelijking op met bordjes
20a + 275 = 549
Slide 7 - Tekstslide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op met bordjes
20a + 275 = 549
Slide 8 - Tekstslide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op met bordjes
20a + 275 = 549
274 + 275 = 549
274
Slide 9 - Tekstslide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op met bordjes
20a + 275 = 549
274 + 275 = 549
20a = 274
274
Slide 10 - Tekstslide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op met bordjes
20a + 275 = 549
274 + 275 = 549
20a = 274
a = 13,7
274
Slide 11 - Tekstslide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op met bordjes
20a + 275 = 549
274 + 275 = 549
20a = 274
a = 13,7
CONTROLE: 20 x 13,7 + 275 =
274 + 275 = 549, klopt!
274
Slide 12 - Tekstslide
Even oefenen
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
We werken de eerste 10 minuten zelfstandig.
Daarna: fluisterend samenwerken en vragen stellen.
