In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Bs 5: Voedselbederf
Bs 2.5 Voedselbederf
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
wat is voedsel?
Dode resten van planten of dieren!
Slide 3 - Tekstslide
wat zijn reducenten ook weer?
De bacteriën en schimmels. Voeden zich door de overgebleven dode resten van organische materiaal.
Slide 4 - Tekstslide
voedselvergiftiging
Bacteriën en schimmels op je eten produceren gifstoffen. Je lichaam reageert op deze gifstoffen met met een afweerreactie.
Je wordt ziek!
Bijvoorbeeld door een Salmonellabacterie
Slide 5 - Tekstslide
Salmonella
vaker op dierlijke producten
vermenigvuldigd snel bij warmte
gevaarlijk voor: - jonge kinderen - zwangere vrouwen - oude mensen - mensen met een slechte weerstand
Slide 6 - Tekstslide
opdracht
conserveren = voedsel behandelen waardoor het langer houdbaar blijft.
Bedenk met je buurman/buurvrouw zoveel mogelijk dingen wat je met voedsel kunt doen om ervoor te zorgen dat je voedsel niet bederft.
Slide 7 - Tekstslide
conserveren
Wat hebben bacteriën en schimmels nodig om te groeien?
voedsel
warmte
zuurstof
vocht
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
doorstralen
Voedsel kan ook doorstraald worden met radioactieve golven. Hierdoor worden de bacteriën gedood. Dit mag alleen bij voedsel wat erg gevoelig is voor ziekmakende bacteriën, bijvoorbeeld bij kip.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Waar bewaren?
Op veel producten staat of het wel of niet in de koelkast bewaard moet worden.
Makkelijk om te onthouden: Voor de meeste producten geldt: Bewaar het op dezelfde plek waar het
ook in de supermarkt stond.
Slide 15 - Tekstslide
Voedselbederf ontstaat door..........
A
schimmels
B
celdeling
C
bacteriën
D
schimmels en bacteriën
Slide 16 - Quizvraag
Conserveringsmiddelen vind je vaak terug op de verpakking als een...