Havo Blok 3 – je kan:
- Kernzinnen op een andere plaats in een alinea herkennen.
- De belangrijkste informatie uit een infographic beschrijven.
- De tekstvorm infograhic herkennen.
Blok 4 – je kan:
- Signaalwoorden voor opsomming, tegenstelling en voorbeeld herkennen in een tekst.
- Zins- en alineaverbanden met een opsomming, tegenstelling en voorbeeld benoemen.
- Een kernzin formuleren met behulp van verschillende zinnen uit een alinea.
Blok 5 – je kan:
- De verschillende verbindingsmanieren tussen alinea’s herkennen.
- Het verband tussen de verschillende alinea’s uitleggen.
- Een beknopte samenvatting van een tekst maken.
Vwo Blok 3 - je kan:
- Signaalwoorden voor opsomming, tegenstelling en voorbeeld herkennen in een tekst.
- Zins- en alineaverbanden met een opsomming, tegenstelling en voorbeeld benoemen.
- Een kernzin formuleren met behulp van verschillende zinnen uit een alinea.
Blok 4 – je kan:
- De verschillende verbindingsmanieren tussen alinea’s herkennen.
- Het verband tussen de verschillende alinea’s uitleggen.
- Een beknopte samenvatting van een tekst maken.
Blok 5 – je kan:
- Signaalwoorden voor oorzaak-gevolg, uitspraak-vergelijking, reden, middel-doel herkennen in een tekst.
- Zins- en alineaverbanden met oorzaak-gevolg, uitspraak-vergelijking, uitspraak-reden, middel-doel benoemen.
- Een tegenargument in een tekstdeel herkennen.