Basisstof 5 Genexpressie

Goededag
Bijna weekend :)
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Goededag
Bijna weekend :)

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Herhaling
Basisstof 5
Zelfstandig aan het werk

Slide 2 - Tekstslide

Beschrijf 

DNA replicatie (DNA-polymerase, primer, SSBP, Helicase, ligase)
Transcriptie (RNA, pre-mRNA, Splicing, transcrptiefactoren)
Translatie - Eiwitsynthese (Ribosomen, mRNA, tRNA, genetische code)
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Vragen over opdrachten of over de stof tot nu toe?

Slide 4 - Tekstslide

Basisstof 5 Genexpressie
genregulatie: genen in de cel kunnen aan- en uitgezet worden
genexpressie: als een gen aan staat, transcriptie -> translatie -> eiwit
regulatorgenen: regelen dat op het juiste moment de juiste genen tot expressie komen.

Slide 5 - Tekstslide

Genenregulatie Prokaryoten
inductor een stof die de genexpressie op gang brengt
structuurgenen: bevatten de informatie voor het vormen van een RNA of eiwit.
operon: deel van het DNA dat alle genen bevat die de vorming van een eiwit reguleren

Slide 6 - Tekstslide

Als er geen transcriptie plaatsvindt van de structuurgenen -> repressor gebonden aan de operator die in het DNA vóór de structuurgenen ligt.

RNA polymerase wordt geblokkeerd.

Slide 7 - Tekstslide

Repressor kan ook 
binden aan een inductor

corepressor:  wordt actief als er een molecuul bindt aan de repressor

Slide 8 - Tekstslide

Genregulatie bij eukaryoten

stamcellen ontstaan verschillende celtypen uit.

telomerase; een enzym waardoor bepaalde cellen onbeperkt kunnen blijven delen -> kan een telomeer langer maken

Slide 9 - Tekstslide

Omnipotent / totipotent: Embryonale stamcellen die na de eerste deling van de bevruchte eicel ontstaan.
- kunnen zich ontwikkelen tot elk celtype

Pluripotent: kunnen zich ontwikkelen tot alle celtypen van het organisme

multipotent: kunnen zich alleen ontwikkelen tot een beperkt aantal celtypen, bijvoorbeeld bloedstamcellen

Slide 10 - Tekstslide

Celdifferentiatie
wordt bepaald door de plaats van de cellen in het embryo.
Pluripotente embryonale stamcellen beïnvloeden elkaar.
Regulatorgenen geactiveerd

Slide 11 - Tekstslide

Genregulatie bij volwassen oganismen
Bij eukaryoten heeft RNA-polymerase
 hulp nodig van transcriptiefactoren.
Activators en repressors 

Activators binden aan een specifieke
DNA-sequentie -> enhancers

Slide 12 - Tekstslide

DNA-methylering
DNA is niet af te lezen doordat er aan de stikstofbasen methylgroepen zijn gebonden.
genen kunnen hierdoor aan of uit gezet worden

Slide 13 - Tekstslide

RNA-Interferentie
micro-RNA; remt de expressie van genen door het afbreken of blokkeren van mRNA-moleculen (er kan geen translatie plaatsvinden)

Slide 14 - Tekstslide

Vragen?
Zelfstandig aan het werk met opdracht 28 tot en met 37

muziek luisteren
zachtjes overleggen met buur

Slide 15 - Tekstslide