Terwijl de kinderen luid zongen, kwam de bus bij de Efteling aan.
Slide 3 - Tekstslide
De foutieve beknopte bijzin
Wat is eigenlijk een beknopte bijzin?
Een zin zonder onderwerp en persoonsvorm.
We aten een ijsje. + We reden naar Utrecht.
Slide 4 - Tekstslide
De foutieve beknopte bijzin
Wat is eigenlijk een beknopte bijzin?
Een zin zonder onderwerp en persoonsvorm.
We aten een ijsje. + We reden naar Utrecht.
Na een ijsje te eten, reden we naar Utrecht.
Slide 5 - Tekstslide
De foutieve beknopte bijzin
Wat is eigenlijk een beknopte bijzin?
Een zin zonder onderwerp en persoonsvorm.
We aten een ijsje. + We reden naar Utrecht.
Na een ijsje te eten, reden we naar Utrecht. Of Een ijsje etend, reden we naar Utrecht. Helemaal volgegeten, reden we naar Utrecht.
Slide 6 - Tekstslide
De beknopte bijzin
Wat is eigenlijk een beknopte bijzin?
Een zin zonder onderwerp en persoonsvorm.
We aten een ijsje. + We reden naar Utrecht.
Na een ijsje te eten, reden we naar Utrecht. Of Een ijsje etend, reden we naar Utrecht. Helemaal volgegeten, reden we naar Utrecht.
te + hele ww
onv. dw.
volt. dw.
Slide 7 - Tekstslide
De foutieve beknopte bijzin
In een foutieve beknopte bijzin is het denkbeeldig onderwerp in de beknopte bijzin anders dan in de hoofdzin.
Slide 8 - Tekstslide
Formuleren H6
Foutieve beknopte bijzin
Luid zingend, kwam de bus
bij de Efteling aan!
Onderwerp
Slide 9 - Tekstslide
Formuleren H6
Foutieve beknopte bijzin
Luid zingend, kwam de bus
bij de Efteling aan!
Onderwerp
Denkbeeldig onderwerp = niet 'de bus'
Slide 10 - Tekstslide
Foutieve beknopte bijzin
Nog een voorbeeld:
Slide 11 - Tekstslide
Foutieve beknopte bijzin verbeteren
Oplossing: voeg weer een ow en pv toe!
Het vlees is goed gebraden +
Hij eet het vlees
Het goed gebraden vlees eet hij op. of
Goed gebraden, wordt het vlees door hem opgegeten.
Slide 12 - Tekstslide
Wat klopt er niet, hoe is het beter?
Cola drinkend verscheen de openingsscène van Star Wars op het beeld.
Na chocolade te hebben gegeten kwam de huiduitslag weer opzetten.
Na gedoucht te hebben bleek mijn handdoek doorweekt.
Slide 13 - Tekstslide
Wat klopt er niet, hoe is het beter?
Cola drinkend verscheen de openingsscène van Star Wars op het beeld.
Na chocolade te hebben gegeten kwam de huiduitslag weer opzetten.
Na gedoucht te hebben bleek mijn handdoek doorweekt.
Toen we cola dronken, verscheen de openingsscène van Star Wars op het beeld.
Nadat ik chocolade had gegeten, kwam de huiduitslag weer opzetten.
Nadat ik gedoucht had, bleek mijn handdoek doorweekt.
Slide 14 - Tekstslide
Herhaling: pleonasme, tautologie, foutieve samentrekking, foutieve beknopte bijzin of incongruentie?
Lopend naar de overkant reed de auto hem bijna aan.
Na de blessuretijd konden de spelers de wedstrijd weer hervatten.
We moeten goed opletten, want mevrouw Marchal is immers aan het uitleggen.
Jullie worden niets gevraagd!
De kudde elanden staan in de sneeuw.
Hij heeft de trein gehaald en een nieuwe jas.
De kudde elanden staat in de sneeuw en de leeuwen op de savanne.
Slide 15 - Tekstslide
Pleonasme, tautologie, foutieve samentrekking, foutieve beknopte bijzin of incongruentie?
Lopend naar de overkant reed de auto hem bijna aan.
Na de blessuretijd konden de spelers de wedstrijd weer hervatten.
We moeten goed opletten, want mevrouw Marchal is immers aan het uitleggen.
Jullie worden niets gevraagd!
De kudde elanden staan in de sneeuw.
Hij heeft de trein gehaald en een nieuwe jas.
De elanden staan in de sneeuw en de leeuw op de savanne.
ft. beknp. bijz.
pleonasme
tautologie
incongruentie
incongruentie
ft. samentr.
ft. samentr.
Slide 16 - Tekstslide
oefenen
1. Maak opdracht L, M, O uit het boekje formuleren (blz. 15 en 16)
De foutieve beknopte bijzin: het denkbeeldige onderwerp uit deel 1 moet hetzelfde zijn als het onderwerp in deel 2. Is dit niet zo? Dan foutief. Verbeteren: voeg het onderwerp in deel 1 toe.
Slide 17 - Tekstslide
Nakijken L
Wel (Als je hard traint en goed eet...)
Wel (Terwijl we nog slaperig waren na een korte nacht...)
Niet
Wel (Nadat de vakbonden drie uur hadden overlegd...)
Niet
Wel (Toen we op het perron aankwamen...)
Wel (Als ik wacht voor de kassa...)
Wel (Toen we aangekomen waren bij het theater...)
Niet 10. Wel (Toen ik mijn laatste e-mail checkte...)
Slide 18 - Tekstslide
Nakijken M
Foutieve beknopte bijzin (Nadat mijn zus een uur gebeld had...)
Foutieve samentrekking (is heeft een verschillende betekenis)
Foutieve samentrekking (Sophie is eerst onderw. daarna meew.vw.)
Foutieve beknopte bijzin (Toen we bij de H&M aankwamen...)
Foutieve beknopte bijzin (Als je eenmaal bent ingelogd...)
Foutieve samentrekking (zijn picknicktafels, is een vijver)
Foutieve beknopte bijzin (Terwijl ik droomde van mijn knappe vriendin...)
Foutieve samentrekking (... en daarom is hij...)
Slide 19 - Tekstslide
Nakijken O
voordat en eerst: tautologie
opzettelijke brandstichting: pleonasme
foutieve samentrekking > andere (grammaticale) functie
ouders van kinderen: pleonasme
foutieve samentrekking > ander getal
contaminatie van een flater slaan en een blunder maken.
contaminatie van opschrijven en noteren
foutieve beknopte bijzin
Slide 20 - Tekstslide
Nakijken O
9. Incongruentie: een aantal heeft
10. Foutieve samentrekking: andere betekenis
11. tautologie zoals en bijvoorbeeld
12. tautologie misschien en wellicht
13. foutieve beknopte bijzin
14. foutieve samentrekking andere betekenis van op
15. Tautologie blij en verheugd
Slide 21 - Tekstslide
Opdracht Q en R maken (van R mag je zin 7 en 11 overslaan)