Havo 3 delend lidwoord
1 / 17
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Vertaal: de aardbeien
A
les fraises
B
des fraises
Slide 6 - Quizvraag
Vertaal: aardbeien
A
les fraises
B
des fraises
Slide 7 - Quizvraag
Vertaal: het vlees
A
la viande
B
de la viande
Slide 8 - Quizvraag
Vertaal: vlees
A
la viande
B
de la viande
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Vertaal: de deelnemer
A
le participant
B
du participant
C
de la participant
D
de l'participant
Slide 12 - Quizvraag
Vul in (du, de la, de l', des, de , d')
Je mange ............. pommes
Je mange ............. pommes
A
du
B
de la
C
de l'
D
des
Slide 13 - Quizvraag
Vul in: (du, de la, de l', des, de, d')
Je ne mange pas ............ glace
Je ne mange pas ............ glace
A
de
B
d'
C
de la
D
des
Slide 14 - Quizvraag
Vul in: (du, de la, de l', des, de, d')
je bois un verre ............ lait)
je bois un verre ............ lait)
A
du
B
de
C
de l'
D
d'
Slide 15 - Quizvraag
Vul in: (du, de la, de l', des, de , d')
Ils boivent .......... thé
Ils boivent .......... thé
A
de
B
du
C
de la
D
d'
