'Alles is kunst; niets is kunst'
De kunstenaars van de DADA-groep houden de burgerlijke maatschappij verantwoordelijk voor de verschrikkingen van WO I. Ze breken radicaal met de bestaande opvattingen over kunst en literatuur. Hun motto is 'alles is kunst; niets is kunst'. Het gaat er niet meer om of iets mooi is of knap gemaakt, het gaat erom dat de kunstenaar het presenteert als kunst. Alledaagse objecten, un object trouvé of ready-made, worden als kunstobject gepresenteerd. Een krantenartikel wordt tot gedicht gepromoveerd en een herriespektakel wordt een concert. Alle regels worden overboord gegooid en het toeval speelt een belangrijke rol. Kijk maar eens naar de handleiding van Tristan Tzara voor het schrijven van een DADA-gedicht (p. 86/87).
Dadaisten zetten kunstcritici aan het denken over de vraag wat kunst eigenlijk is.