Dit zijn de spellingregels;
1- Bij ik schrijf je de ik-vorm.
2- Bij jij, u, hij, zij en het schrijf je de ik-vorm + t.
Maar:
als de ik-vorm eindigt op een t, dan schrijf je geen extra t;
als je of jij achter de persoonsvorm staat, schrijf je de ik-vorm.
3- Bij wij, jullie en zij (meervoud) schrijf je het hele werkwoord.