Sporten is een must, want het is gezond. -->
voordeelSporten is een must, want het geneest alle ziektes. --> overdreven voordeel
Sporten is een must. Als je niet sport word je ziek, als je wel sport blijf je gezond. --> oorzaak/gevolg: maar 2 keuzes
Sporten is een must. Kijk maar hoe gezond Frenkie de Jong is. --> voorbeeld
Sporten is een must. Iedereen die sport is namelijk gezond. --> overhaaste generalisatie