OSP herstelles week 1

OSP herstel-les 1
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

OSP herstel-les 1

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Je beoordeelt deze les of je voldoende kennis hebt om de eindopdracht te kunnen maken

Slide 2 - Tekstslide

Programma vandaag
Wat?
Hoe lang?
Opening
15 minuten
'Nulmeting'
45 minuten
Ophalen vragen
15 minuten
Afronding les
15 minuten

Slide 3 - Tekstslide

Programma aankomende weken
Les
Datum
Wat gaan we doen?
1
27-9
'Nulmeting'
2
4-10
Theorie voor eindopdracht
3
11-10
Bespreken eindopdracht + beoordelingscriteria
4
18-10
Peerfeedback (=feedback aan elkaar)
5
25-10
Individuele feedback (=feedback van docent) + opdracht afronden
6
1-11
Inleveren eindopdracht + start OC

Slide 4 - Tekstslide

'Nulmeting'
We doen vandaag een korte 'nulmeting'

Hiermee kan ik checken welke onderwerpen jullie al voldoende kennen en welke (nog) niet. 

De nulmeting bestaat uit 15 vragen (9 open, 6 meerkeuze) doe deze zo serieus mogelijk! Het is niet voor een cijfer!

Tip: schrijf op een blaadje als er onderwerpen langs komen die je niet (meer) herkent!


Slide 5 - Tekstslide

Noem vier mogelijke bronnen die je kunt gebruiken om een beginsituatie te maken.

Slide 6 - Open vraag

Welke onderdelen horen volgens jou in een goede beginsituatie?

Slide 7 - Open vraag

Welke onderdelen moet je verwerken in een goede ondersteuningsvraag?

Slide 8 - Open vraag

Schulden, ruzie met je familie en een slechte gezondheid zijn voorbeelden van dingen die invloed hebben op je
A
Draagkracht
B
Draaglast

Slide 9 - Quizvraag

Wat versta jij onder eigen regie van de client?

Slide 10 - Open vraag

Waar staat de afkorting SMART voor?

Slide 11 - Open vraag

Het doel 'Client A. kan over 3 maanden beter omgaan met zijn gevoelens' is niet SMART. Op welk onderdeel is het NIET SMART?
A
Specifiek
B
Meetbaar
C
Acceptabel
D
Realistisch/Tijdsgebonden

Slide 12 - Quizvraag

Het doel 'Client B. weet binnen 4 maanden hoe hij zelfstandig boodschappen kan doen in de supermarkt' is niet SMART.

Op welk onderdeel is het NIET SMART?
A
Specifiek
B
Meetbaar
C
Acceptabel
D
Realistisch/Tijdsgebonden

Slide 13 - Quizvraag

Korte casus:
Jamal is verslaafd aan wiet. Hij heeft geen vaste woonplek. Het contact met zijn moeder is verbroken. Soms helpt hij vrienden m aan geld te komen.

Bedenk een SMART-doel dat van toepassing zou kunnen zijn Jamal.

Slide 14 - Open vraag

Wat is volgens jou een begeleidingsmethodiek?

Slide 15 - Open vraag

Wat is een voorbeeld van een begeleidingsmethodiek?
A
Motiveren
B
Samenvatten
C
Triple C
D
Autoritair

Slide 16 - Quizvraag

Geef een voorbeeld van een begeleidingsmethodiek (geen triple C)

Slide 17 - Open vraag

Wat is een belangrijk doel van evalueren?
A
Beoordelen of de gestelde doelen bereikt zijn
B
Controleren of de cliënt zich aan de afspraken houdt
C
Beoordelen of de zorg aan de client goedkoper kan
D
Beoordelen van de kwaliteit van de geboden ondersteuning

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een productvraag en een procesvraag bij het evalueren?

Slide 19 - Open vraag

Productvraag
Procesvraag
Kan de cliënt 10 minuten achter elkaar een boek lezen?
Hoe vaak gaat de cliënt naar de sportschool?
Welke oefeningen doet de cliënt in de sportschool?
Hoe vindt de cliënt de samenwerking met de begeleiding?
Wat heeft de client geleerd over het zelfstandig wonen?
Hoe vaak heeft de begeleiding contact gehad met het netwerk van de client?

Slide 20 - Sleepvraag

Slide 21 - Tekstslide

Van welke onderwerpen uit de nulmeting heb jij meer informatie nodig om de eindopdracht te kunnen maken?

Slide 22 - Open vraag

Wat moet de aankomende maand behandeld worden in de les om ervoor te zorgen dat jij 1 november je eindopdracht kunt inleveren?

Slide 23 - Open vraag


Vragen?

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide