OSP - lesweek 8 (228A)

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 2

Vak: Ondersteuningsplan (OSP)

Semester: 3

Docenten: Fatine Bouchlaghem, Frank van Aken

Programma
Wat	Hoe lang
Opening en terugblik vorige weken	15 minuten
Theorie over evalueren	15 minuten
Opdracht evalueren	15 minuten
Bespreken van rubric	15 minuten
Feedback met betrekking tot eindopdracht	15 minuten
Afronden les	15 minuten

Terugblik op vorige weken

Pak je laptop/kladblok/telefoon erbij. Kijk naar de onderstaande begrippen en noteer individueel wat je er nog over weet.

Begeleidingmethodiek	SMART
Interventiebank	Methodische cyclus
4 kenmerken van methodisch werken	3 manieren om activiteiten te begeleiden

Overleg

Wissel uit met je buurman/buurvrouw:

• Hebben jullie dezelfde antwoorden gegeven?
• Hebben jullie verschillende antwoorden gegeven?
• Hoe komt dat?
• Zijn er nog vragen die we klassikaal moeten bespreken?

Begeleidingsmethodiek	Een gestructureerde werkwijze om een vooraf bepaald doel te behalen
4 kenmerken van methodisch werken	Doelgericht, systematisch, planmatig en bewust
Interventiebank	Verzamelplaats van bewezen werkende interventies
Methodische cyclus	Weergave van de fasen van het begeleidingstraject
SMART	Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdsgebonden
3 manieren om activiteiten te begeleiden	Voordoen, samen doen, zelf doen

Lesdoelen

De student kan product- en procesvragen bedenken om zijn/haar ondersteuningsplan te evalueren

De student beoordeelt de eindopdracht van een klasgenoot aan de hand van de beoordelingscriteria uit de rubric

Evalueren van het ondersteuningsplan

Bij evalueren beoordeel je of je ondersteuningsplan nog aansluit bij de situatie en de wensen van de client.

Evalueren is belangrijk omdat:

1. Je de kwaliteit van je ondersteuning kunt verbeteren
2. Je gedwongen wordt om naar je eigen handelen te kijken
3. Je hiermee je ondersteuning verantwoordt richting je cliënt en je organisatie
4. Je leert wat eventuele aandachtspunten zijn voor een andere keer

Hoe evalueer je?

Als je wil evalueren dan begint dat met het verzamelen van informatie. Je kunt in een gesprek met verschillende partijen informatie opvragen (cliënt, naastbetrokkenen, collega's, eigen observaties).

Welke andere manieren van verzamelen van informatie kennen jullie nog meer?

Wanneer evalueer je?

Binnen de ondersteuning aan cliënten spreken we van tussentijdse evaluaties en eindevaluaties.

Eindevaluaties vinden plaats bij bijvoorbeeld de afronding van de begeleiding of het behalen van een doel. Tussenevaluaties vinden plaats tijdens de begeleiding.

Wat voor soort vragen?

Houd rekening met productevaluatie en procesevaluatie

Productevaluatie zegt iets over het resultaat dat bereikt is: heeft de cliënt bijvoorbeeld nieuw gedrag aangeleerd?

Procesevaluatie zegt iets over de manier waarop het resultaat bereikt is: hoe vond de cliënt de begeleiding die geboden is, hoe is de begeleiding gegaan?

Voorbeeld: de voetbalwedstrijd Griekenland - Nederland die 0-1 is geworden

Gezamenlijk oefenen

Voorbeeld van een begeleidingsdoel:

De cliënt smeert binnen zes weken dagelijks zelfstandig de boterhammen die hij bij de lunch gaat eten

1. Bedenk evaluatievragen die je zou kunnen stellen om het doel te evalueren
2. Bedenk of dit product- of procesvragen zijn

Na het evalueren

Na de evaluatie bepaal je hoe de begeleiding er verder uit gaat zien. Voorbeelden van conclusies:

• Alle doelen uit het OSP zijn behaald: begeleiding stopzetten / nieuwe doelen opstellen
• Doelen uit het OSP zijn gedeeltelijk behaald en de begeleiding loopt goed: je gaat door de met de begeleiding 
• Doelen uit het OSP zijn gedeeltelijk behaald en de begeleiding loopt niet goed: aanpassing van de begeleidingsvorm
• Doelen uit het OSP zijn niet meer relevant: je stelt andere doelen op

Evalueren in je eindopdracht voor OSP

Voor je BPV-oefenopdracht voor OSP hoef je de evaluatie NIET echt te doen. Dit hoort meer bij de module evalueren (komt na de kerstvakantie)

Voor je eindopdracht voor OSP moet je wel na gaan denken over wanneer je gaat evalueren, welke bronnen je daarvoor gaat gebruiken en hoe je de informatie gaat opvragen. 

Opdracht evaluatievragen

1. Denk terug aan de groepsopdracht van twee weken geleden waarbij je met je groepje onderzoek hebt gedaan naar een methodiek.
2. Bedenk 2 product-evaluatievragen en bedenk 2 proces-evaluatievragen 
3. Wissel uit met je groepsgenoten: welke vragen hebben zij bedacht?
4. Noteer de product-evaluatievragen en proces-evaluatievragen op een blaadje voor de nabespreking

Bespreken van rubric

Opdracht:

1. Je krijgt een rubric, schrijf bij criterium 1 tot en met 5 in je eigen woorden op waar je op beoordeeld gaat worden
2. Bespreken van de criteria
3. Schrijf bij criterium 6 tot en met 8 in je eigen woorden op waar je op beoordeeld gaat worden
4. Bespreken van de criteria

Feedback van klasgenoten

Wat	Je beoordeelt elkaars eindopdracht aan de hand van de rubric
Individueel of per groep	Groepjes van maximaal 3 studenten
Indeling	Afhankelijk van hoe ver je bent met de eindopdracht
Hoe lang	De rest van de les

Stappen van eindopdracht:

Stap 4: Beginsituatie schrijven

Stap 5: Doelen en activiteiten formuleren

Stap 6: Begeleidingsmethodieken en technologie

Stap 7: Evalueren

Ik snap het verschil tussen productevaluatie en procesevaluatie

😒🙁😐🙂😃

Vooruitblik aankomende les

Volgende week staat het bespreken van een ondersteuningsplan op het programma. Is er iemand die zijn/haar OSP-eindopdracht hiervoor durft te gebruiken?

Huiswerk voor de volgende les

1. Maak je eindopdracht voor OSP af tot en met de evaluatievragen
2. De tweede les na de vakantie wordt ingevuld met vragen die jullie hebben naar aanleiding van de lessen van de afgelopen weken. Denk daarom na over onderwerpen die je in die les besproken zou willen zien!

Noteer op de linkerkant van het bord opmerkingen om de les te evalueren op productniveau

Noteer op de rechterkant van het bord opmerkingen om de les te evalueren op procesniveau