Uitleg leerdoel 1 en 2

H7 Kwadratische functies




Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen open op tafel.
Leg je iPad omgedraaid op tafel neer.

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H7 Kwadratische functies




Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen open op tafel.
Leg je iPad omgedraaid op tafel neer.

Slide 1 - Tekstslide

Opbouw les 
  • Vragen voorkennis (huiswerk check)
  • Uitleg leerdoel 1 
  • Aan de slag 
  • PAUZE
  • Uitleg leerdoel 2
  • Aan de slag (leerdoel 1 en 2)
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide



Het maken van aantekeningen is niet verplicht, maar wel aan te raden.

Het is wel verplicht om aantekeningen te maken van de gedeelde lessen.






 

Slide 3 - Tekstslide

Vermenigvuldigen ten opzichte van de x-as
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven
f(x) = x² - 1 
Vermenigvuldig dit met de factor 2.
g (x) = 2 • f (x) 
g (x) = 2 (x² - 1) = 2x² - 2
g (x) is de beeldgrafiek van f (x).



Slide 4 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:         f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?





Slide 5 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)





Slide 6 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)






Slide 7 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)
Herleid de functie zonder haakjes.





Slide 8 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)
Herleid de functie zonder haakjes.                         f(x) = x² + 2x - 4x -8 = x² - 2x - 8





Slide 9 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)
Herleid de functie zonder haakjes.                         f(x) = x² + 2x - 4x -8 = x² - 2x - 8
Is dit een berg of dal parabool?




Slide 10 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)
Herleid de functie zonder haakjes.                         f(x) = x² + 2x - 4x -8 = x² - 2x - 8
Is dit een berg of dal parabool?                            dalparabool




Slide 11 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)
Herleid de functie zonder haakjes.                         f(x) = x² + 2x - 4x -8 = x² - 2x - 8
Is dit een berg of dal parabool?                            dalparabool
Welke formule heeft de symmetrie as?



Slide 12 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)
Herleid de functie zonder haakjes.                         f(x) = x² + 2x - 4x -8 = x² - 2x - 8
Is dit een berg of dal parabool?                            dalparabool
Welke formule heeft de symmetrie as?                  x = (-2 + 4 ) : 2 = 1  , dus x = 1



Slide 13 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x+2) (x-4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)
Herleid de functie zonder haakjes.                         f(x) = x² + 2x - 4x -8 = x² - 2x - 8
Is dit een berg of dal parabool?                            dalparabool
Welke formule heeft de symmetrie as?                  x = (-2 + 4 ) : 2 = 1  , dus x = 1
Wat zijn de coördinaten van de top?


Slide 14 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-s)(x-t)
Alle functiewaarden worden dan met dezelfde factor vermenigvuldigd.
Alle punten op de grafiek komen a keer zo ver van de x-as te liggen.
De snijpunten met de x-as blijven hetzelfde.

Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = (x + 2) (x - 4)
Welke snijpunten heeft deze functie met de x-as?    snijpunten x-as: (-2,0) en (4,0)
Herleid de functie zonder haakjes.                         f(x) = x² + 2x - 4x -8 = x² - 2x - 8
Is dit een berg of dal parabool?                            dalparabool
Welke formule heeft de symmetrie as?                  x = (-2 + 4 ) : 2 = 1  , dus x = 1
Wat zijn de coördinaten van de top?                     f (1) = (1 + 2)(1 - 4) = 3 • -3 = -9   dus  
                                                                     de coördinaten van de top zijn (1, -9).


Slide 15 - Tekstslide

Zelfstandig werken (op fluistertoon) aan je leerdoel.


Pak je iPad erbij en open de gedeelde les (leerdoel 1).
Neem de aantekeningen eerst over in je schrift.
Maak de opgaven.

Lukt een opgave niet?
Overleg bij vragen eerst met je klasgenoot.
Komen jullie samen er niet uit vraag mij om hulp.






timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-p)²+q
Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = 2 (x - 4)² + 1
Is dit een berg of dal parabool? 

Slide 18 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-p)²+q
Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = 2 (x - 4)² + 1
Is dit een berg of dal parabool?                             a > 0, dus een dalparabool                

                                   

Slide 19 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-p)²+q
Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = 2 (x - 4)² + 1
Is dit een berg of dal parabool?                             a > 0, dus een dalparabool                
Wat zijn de coördinaten van de top?                       
                                   

Slide 20 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-p)²+q
Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = 2 (x - 4)² + 1
Is dit een berg of dal parabool?                             a > 0, dus een dalparabool                
Wat zijn de coördinaten van de top?                       Coördinaten top:  (4, 1)



Slide 21 - Tekstslide

De vorm f(x) = a(x-p)²+q
Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = 2 (x - 4)² + 1
Is dit een berg of dal parabool?                             a > 0, dus een dalparabool                
Wat zijn de coördinaten van de top?                       Coördinaten top:  (4, 1)

De coördinaten van de top kun je snel aflezen bij deze vorm!
f(x) = a (x - p)² + q                     top (, q)


Slide 22 - Tekstslide


Check!
g(x) = - (x + 3)² - 4 
Wat zijn de coördinaten van de top? Is dit een berg- of dalparabool?

Slide 23 - Open vraag

De vorm f(x) = a(x-p)²+q
Stel het volgende functievoorschrift is gegeven:        f(x) = 2 (x - 4)² + 1
Is dit een berg of dal parabool?                             a > 0, dus een dalparabool                
Wat zijn de coördinaten van de top?                       Coördinaten top:  (4, 1)

De coördinaten van de top kun je snel aflezen bij deze vorm!
f(x) = a (x - p)² + q                     top (, q)
g(x) = - (x + 3)² - 4                     
g(x) = - (x -- 3- 4                   bergparabool met top (-3 -4)  
                                   

Slide 24 - Tekstslide

Zelfstandig werken (op fluistertoon) aan je leerdoel.


Pak je iPad erbij en open de gedeelde les (leerdoel 1 en 2).
Neem de aantekeningen eerst over in je schrift.
Maak de opgaven.

Lukt een opgave niet?
Overleg bij vragen eerst met je klasgenoot.
Komen jullie samen er niet uit vraag mij om hulp.






timer
10:00

Slide 25 - Tekstslide

Afsluiten

Slide 26 - Tekstslide

Aan de slag
Vul de exit-vragen in.
Maak een begin met de weektaak.
De leerdoelen 1, 2 en 3 moeten voor maandag af zijn.
Leerdoel 4 mag je al mee beginnen (nog geen huiswerk).

Slide 27 - Tekstslide